| 23901 |
hiernamaals |
leven na dit leven:
lève noa dit lève (L432a Koningsbosch)
|
Het hiernamaals, het namaals, het leven na dit leven. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
| 20329 |
hij aardt naar zijn vader |
hij aardt naar zijn vader:
hê aardt nao zie vaader (L432a Koningsbosch)
|
naar zijn vader aarden; hij aardt naar zijn vader [DC 02 (1932)]
III-2-2
|
| 34212 |
hoeden van koeien |
hoeden:
hø̄jǝ (L432a Koningsbosch)
|
[N 3A, 12a; N M, 2; JG 1a, 1b; A 48, 18c; L 1a-m; L 27, 5; S 14; Wi 39; R; monogr.]
I-11
|
| 24324 |
hommel |
hommer:
hŭəmər (L432a Koningsbosch)
|
hommel [DC 09 (1940)]
III-4-2
|
| 19782 |
hondenhok |
hondenkooi:
hondəkuəj (L432a Koningsbosch)
|
hondenhok [DC 10 (1941)]
III-2-1
|
| 21043 |
honing |
honing:
hūǝneŋ (L432a Koningsbosch)
|
Produkt door de bijen uit bloemvocht of nectar bereid en afgezet in de cellen van de raten. Honing is een zoete stof die door mensen als voedingsmiddel wordt gebruikt. [N 63, 43b; N 63, 111; L 1a-m; L 35, 105; S 14; S 38, JG 1a+1b; JG 2b-5; Ge 37, 128; A 9, 8; monogr.]
II-6
|
| 17570 |
hoofd |
kop:
kòp (L432a Koningsbosch)
|
hoofd [DC 01 (1931)]
III-1-1
|
| 23420 |
hoofdaltaar |
hoogaltaar:
hoogaltaor (L432a Koningsbosch)
|
Het voornaamste altaar, midden in het priesterkoor [hoogaltaar, hoofdaltaar, hoopaltooër?]. [N 96A (1989)]
III-3-3
|
| 23277 |
hoogmis |
hoogmis:
hoeëmès (L432a Koningsbosch)
|
De hoogmis [hoeëmès, hoegmès, hómmes?]. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
| 22164 |
hooi |
hooi:
hø̄i̯ (L432a Koningsbosch)
|
Gemaaid en op het veld drogend of gedroogd gras. In de klankkaart is de klankkleur (eerst velair, dan palataal) en de lengte van de klinker aangegeven; korte klinkers hebben een toevoeging aan het symbool. De aan- en afwezigheid van de j-klank is niet in kaart gebracht, maar uit de varianten in het lemma zelf af te lezen; per aangegeven klankkleur en lengte staan steeds de diftongen vooraan. Wanneer er meer dan één variant voor een plaats was opgegeven, is bij voorkeur het materiaal van de mondelinge enquêtes in kaart gebracht. [N 7, 58; N 14, 88b en 128a; JG 1a, 1b; A 10, 17 en 20; A 16, 1-4; L 1 a-m; L 27, 17; L 34, 70; L 38, 35-36; RND 122; Wi 52; S 14; R (s]
I-3
|