23491 |
gesloten kapelletje? |
kapelletje:
kapelke (L432a Koningsbosch)
|
Een kapelletje waar men niet in kan, waarin achter traliewerk een kruis of een beeld staat. [N 96A (1989)]
III-3-3
|
34305 |
gesneden mannelijk varken |
berg:
bɛrx (L432a Koningsbosch)
|
Het WNT (II, 1 blz. 1872 s.v. berg (II)) geeft de volgende definitie van berg: "Hetzelfde als Barg (I), inzonderheid toegepast op de mannelijke biggen die, ongeveer drie weken oud, zijn gesneden". [N 19, 8; A 4, 4b; A 4, 4a; L 20, 4b; L 37, 49e; JG 1a, 1b, 2c; S 39; N C, add.; monogr.; N E 1, 12]
I-12
|
23515 |
gestichte mis |
gestichte mis:
gesjichde mès (L432a Koningsbosch)
|
Een gestichte H. Mis. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
20369 |
getuige |
tuige:
tuuch (L432a Koningsbosch)
|
de getuige bij het huwelijk [tsuuch] [N 96D (1989)]
III-2-2
|
23899 |
gevallen engelen |
gevallen engelen:
de gevalle ingele (L432a Koningsbosch)
|
De gevallen engelen. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
24003 |
gevormd worden |
gevormd worden:
gevörmd wäre (L432a Koningsbosch)
|
Gevormd worden, het Vormsel ontvangen. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
19381 |
gewelf |
gewelf:
gewulf (L432a Koningsbosch)
|
Het gewelf [zwerk, verwulf, verwölf?]. [N 96A (1989)]
III-3-3
|
23377 |
gewelfschildering |
muurschildering:
moersjildering (L432a Koningsbosch)
|
Een gewelfschildering, muurschildering. [N 96A (1989)]
III-3-3
|
23987 |
geweten |
geweten:
gewìète (L432a Koningsbosch)
|
Het geweten [et jewisse]. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
25610 |
gewicht verliezen |
uitbakken:
ūtbakǝ (L432a Koningsbosch)
|
Het verliezen van gewicht bij het bakken van het brood. Volgens de informant van L 270 houdt dit verlies aan gewicht ± 10% in. [N 29, 48]
II-1
|