e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Kortessem

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
parasieten (alg.) luizen: leus (Kortessem) Hoe noemt U in Uw dialect de volgende ziekten: uitwendige parasieten in het algemeen? [N 93 (1983)] III-3-2
parel parel: pja`l (Kortessem) parel III-1-3
paren van de duiven paren: pōͅərə (Kortessem) Paren [van de duiven]. [Goossens 1b (1960)] III-3-2
parochie parochie: `kerkelijke gemeente met een pastoor`  z. toel. (Kortessem) Een parochie; dit woord kan betekenen zoals in het Nederl. "kerkelijke gemeente met een pastoor"ofwel eenvoudig "dorp"; welke betekenis heeft het bij u? [ZND 40 (1942)] III-3-3
pas kunnen vliegen rondfladderen: het fladdert rond (Kortessem) Hoe zegt men van zon jong: het kan pas vliegen? [N 93 (1983)] III-3-2
pasgeboren kalf nuchter kalf: nyxtǝr [kalf] (Kortessem) [N 3A, 15 en 20; N C, 6; JG 1a, 1b; monogr.] I-11
passen mikken: mekǝn (Kortessem), mikken (Kortessem, ... ) Een kledingstuk passen om te zien of het goed zit en de juiste maat heeft. [N 59, 73; N 62, 8; L 48, 1; monogr.] || Passen. Wie een nieuwe jas bestelt laat zich de maat nemen en moet later naar de kleermaker om het kledingstuk te gaan ... Welk woord gebruikt uw dialect hier? (fr. essayer) [ZND 48 (1954)] II-7, III-1-3
pastinaak pastinaken: pastino͂ͅkə (Kortessem) pastinaak [ZND 05 (1924)] I-7
pastoor pastoor (<lat.): də pastoor (Kortessem), pəsto:ər (Kortessem) pastoor [RND] || Pastoor. [ZND 14 (1926)] III-3-3
patates frites frieten: frittə (Kortessem) de staafjes aardappel die in vet gebakken en ook wel in zakjes verkocht worden? [DC 46 (1971)] III-2-3