| 21971 |
duiven inzetten |
inkorvenpoule:
ein kerve-poule (Q074p Kortessem)
|
Hoe heet het inzetten van duiven in wedstrijden? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
| 22098 |
duiven keuren |
keuren:
de douf keure (Q074p Kortessem)
|
de duif keuren in het hok om over de deelneming aan een vlucht te beslissen? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
| 22035 |
duiven kweken |
{duif} voor te kweken:
ver te kwieke (Q074p Kortessem)
|
Wat is de dialectbenaming voor: duiven houden voor de voortplanting alleen? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
| 22113 |
duiven terugbrengen |
terugbrengen:
trukbrenge (Q074p Kortessem)
|
de duiven terugbrengen? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
| 21965 |
duivenhok |
duivenkot:
doiuvəkòt (Q074p Kortessem),
douve-kot (Q074p Kortessem),
dôuvekot (Q074p Kortessem),
dǫu̯vǝkǫt (Q074p Kortessem)
|
Duivenhok. [Goossens 1b (1960)] || Hoe heet de woonplaats van de duif? [N 93 (1983)] || Soms vindt men in de nok van de zolder een afgeschotte ruimte voor de duiven, die door een gat in de gevel of in het dak in en uit kunnen vliegen. Hier staan de benamingen voor het duivenhok, ongeacht de vorm van dat hok, bijeen. De termen slag en spijker in dit lemma hebben betrekking op de duivenkooi als geheel. Zie ook het lemma "duivenslag" (3.4.8). In kaart 51 zijn voor Belgisch Limburg alleen de mondeling verzamelde gegevens in kaart gebracht. Zie afbeelding 17. [JG 1a, 1b, 1c, 2c; A 10, 9k; L 8, 9a; L 38, 31; S 37; monogr. add. uit N 5A, 58c "til" en JG 2c; A 28, 14c "spijker]
I-6, III-3-2
|
| 22156 |
duivenhok als een apart gebouw |
topkot:
topkot (Q074p Kortessem)
|
een duivenhok als een apart gebouw? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
| 22079 |
duivenhok op een zolder |
zolderkot:
zolder-kot (Q074p Kortessem)
|
een duivenhok op een zolder? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
| 21993 |
duivenklok |
toulet:
toellet (Q074p Kortessem),
Opm. hier noteert invuller het woord "toelet"met één "l", en niet met dubbel "l"(zoals bij vraag 50 en 51!).
den toelet truk doen (Q074p Kortessem)
|
de klok met ingestopte ringen terug naar het lokaal brengen? [N 93 (1983)] || de klok van de speler? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
| 22014 |
duivenmand |
duivenkorf:
douvekerf (Q074p Kortessem)
|
Hoe heet verder in Uw dialect: een gewone duivenmand (bijv. om naar het inkorvingslokaal te gaan)? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
| 21970 |
duivenmelker |
duivenman:
Sub dôuf.
dôuvema`n (Q074p Kortessem),
duivenmelker:
douve melker (Q074p Kortessem),
Sub dôuf.
dôuvemelker (Q074p Kortessem),
duivenpie:
Sub dôuf.
dôuvepie (Q074p Kortessem)
|
[Duivenliefhebber, duivenmelker]. || [Duivenliefhebber]. || [Duivenmelker]. || Hoe heet de persoon die duiven houdt om aan wedstrijden deel te nemen? [N 93 (1983)]
III-3-2
|