23391 |
heiligenbeeld |
beeld:
e bild (Q112c Kunrade)
|
Een beeld van een heilige, gemaakt van hout, aardewerk, gips e.d. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
23656 |
heiligenmedaille |
medaille (<fr.):
medalje (Q112c Kunrade)
|
Een rond of ovaalvormig lichtmetalen plaatje waarop Jezus of een heilige is afgebeeld [medalje, medallie, medallieje?]. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
23751 |
heiligenprentje |
prentje:
e prentje (Q112c Kunrade)
|
Een heiligenprentje, santje, ter opwekking van de devotie. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
24894 |
herfst, najaar |
najaar:
naojaor (Q112c Kunrade)
|
het derde van de vier jaargetijden, de tijd tussen zomer en winter [bamis, bamistijd, natijd, uitgang] [N 91 (1982)]
III-4-4
|
23742 |
het heilig hartbeeld laten introniseren |
het heilig hart laten inzegenen:
t hillig hart loate inzeëgene (Q112c Kunrade)
|
Een beeld van het H.Hart in het huisgezin laten introniseren, d.w.z. plechtig een ereplaats geven, door een parochiegeestelijke, wanneer die op huisbezoek komt. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
23609 |
het misboek omdragen |
het boek omdragen:
t book umdrage (Q112c Kunrade)
|
Het misboek omdragen, van de epistel- naar de evangeliezijde van het altaar brengen. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
23618 |
het zielboek aflezen |
de dodenlijst aflezen:
de doëdelies aafleëze (Q112c Kunrade)
|
Het zielenboek aflezen. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
23619 |
het zielboek voldoen |
de dodenlijst betalen:
de doëdelies betaale (Q112c Kunrade)
|
Het zielenboek voldoen, de hiervoor verschuldigde bijdrage betalen. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
24912 |
heuvel, kleine hoogte |
hoog veld:
huuj-vel (Q112c Kunrade),
kleine hoogte:
kling heugde (Q112c Kunrade)
|
een kleine hoogte [hoogje] [N 91 (1982)] || heuvel, natuurlijke verheffing van de aardbodem, lager dan een berg [bult] [N 81 (1980)]
III-4-4
|
25028 |
hevige slag |
kladderdats:
kladderdaatsj (Q112c Kunrade)
|
een hevige slag [klawats, klavets, klavans] [N 91 (1982)]
III-4-4
|