e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=P057p plaats=Kuringen

Overzicht

Gevonden: 2406
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
eglichter lichtstek: lexstɛk (Kuringen) Een houten stok, met twee touwen (of een touw) verbonden met de eg, ofwel een stok of staaf met een haak van onderen en een handgreep van boven, om deeg op te lichten tijdens het eggen. Zie de afb. 67 en 68. [JG 1a + 1b + 2c; N 11, 73a + b + c; N 11A, 165a + b; div.; monogr.] I-2
egtanden [eg]tanden: [eg]tān (Kuringen  [(sg [eg]tā.nt)]  ) Oude houten eggen hadden houten tanden. Ze waren schuin in het raam aangebracht, meestal in de hoofdbalken. Bij de driehoekige eg wezen ze in de richting van het verbindingspunt van de beide hoofdbalken. Bij een vierhoekige eg stonden de tanden naar één van de hoeken gericht. Een houten eg die als onkruideg gebruikt werd, was vaak van ijzeren tanden voorzien. Een ijzeren eg heeft steeds ijzeren tanden. In dit lemma zijn achter de (meervoudige) varianten of achter de plaatsnummers ook opgaven in de enkelvoudsvorm vermeld. [JG 1a + 1b; N 11, 68; N 11A, 155d + e; monogr.] I-2
ei zonder schaal windei: wendē (Kuringen), węi̯njdjē. (Kuringen) Ei dat alleen door een vlies is omgeven en dat geen schaal heeft. [N 19, 54a; N 7, 11; JG 1b, 1c, 2c; L 5, 80; Vld.; L B2, 366; monogr.] I-12
eierkoek eierkoek: eerkôok (Kuringen) eierkoek [ZND 34 (1940)] III-2-3
eierpannenkoek eierkoek: eierkoek  eerkoek (Kuringen), eerkōk (Kuringen) pannenkoek [ZND 40 (1942)] III-2-3
eik eik: e:k (Kuringen), -  eek (Kuringen), eikenboom: eekeboem (Kuringen), -  eekeboom (Kuringen) eik [RND], [ZND 20 (1936)] || eikenboom [ZND 34 (1940)] III-4-3
eikel eikel: iekel (Kuringen), iklə (Kuringen), ikəls (Kuringen), -  iekels (Kuringen) eikel [ZND 34 (1940)] || eikels [RND] || eikels zoeken [ZND 20 (1936)] III-4-3
eksteroog eksteroog: eeksteraog (Kuringen), éeksteroeg (Kuringen) eksteroog (op de tenen, fr. cor) [ZND 19 (1936)] III-1-2
elastiek elastiek: elastik (Kuringen) Band- of koordvormig stuk gummi. Elastiek komt voor als enkele draad of als gevlochten of geweven band, in verschillende breedten, en het kent vele toepassingen. [N 59, 42; N 62, 61; L 34, 86; MW; monogr.] II-7
elektriciteit elektriek: allentrik (Kuringen) electriciteit [ZND 34 (1940)] III-2-1