34313 |
vazelzeug |
losse zoog:
losǝ zu ̞u̯.x (P057p Kuringen)
|
Zeug die men in de wei laat lopen, zonder ze te willen vetmesten of voor de fok te gebruiken. Volgens de informant van Q 158a wordt dit varken in reserve gehouden als fokzeug. Het WNT (XVIII p. 956 s.v. vazelvarken) geeft als eerste betekenis "fokvarken" en als tweede "mager varken". Een vazelvarken wordt ook wel met opzet schraal gevoerd om het voor het fokken te gebruiken, naderhand ook om het gedurende de winter in leven te houden en dan tegen het voorjaar te gaan mesten (z. WNT XVIII p. 952 s.v. vazel III 3). [JG 1c, 1d, 2c; NE 2.I.8; N C, Q 111 add.; monogr.]
I-12
|
21284 |
vechten |
vechten:
fɛxtə (P057p Kuringen)
|
Hij deed geheel de wereld vechten. [RND]
III-3-1
|
34466 |
vechthaan |
soorthaan:
sōǝ.thǭǝ.n (P057p Kuringen),
vechthaan:
vɛxthǭǝ.nǝ (P057p Kuringen)
|
Haan in de regel van een bijzonder ras, die afgericht wordt voor hanengevechten. Hanengevechten zijn een Haspengouwse specialiteit. [JG 1a, 1b, 1c, 2c; monogr.]
I-12
|
34266 |
vee |
beesten:
bistǝ (P057p Kuringen)
|
Alle huisdieren samen: paarden, runderen en kleinvee. Vergelijk het lemma ''veestapel'' (13.12) in deze aflevering. [A 11, 4; JG 1a; RND 4, 31; RND 7, 31; RND 8, 31; RND 10, 31; Wi 52; N C, add.; Vld.; monogr.]
I-11
|
34270 |
veearts |
artist:
artest (P057p Kuringen)
|
[JG 1a, 1b; Vld.; monogr.]
I-11
|
20503 |
veel drinken |
zuipen:
zope (P057p Kuringen)
|
zuipen (overmatig drinken) [ZND 08 (1925)]
III-2-3
|
34267 |
veestapel |
beesten:
bistǝ (P057p Kuringen)
|
Al het vee dat op een boerenbedrijf aanwezig is. Vergelijk het lemma ''vee'' (13.11) in deze aflevering. [JG 1a, 1b]
I-11
|
34282 |
veevoer verzamelen |
maaien:
męi̯ǝn (P057p Kuringen),
plukken:
plękǝ (P057p Kuringen)
|
Het plakken, trekken, steken of snijden van veevoer. Veevoer kan bestaan uit groenvoer, rapen, gras of gewassen als lupinen en serradella. Het verzamelen van veevoer kan dus bestaan uit verschillende handelingen. Object als "groenvoer", "konijnenvoer", "gras" e.a. zijn niet gedocumenteerd. Zie ook het lemma ''knollen uittrekken'' (2.2.6) in aflevering wld I.5. [N Q, 11c; JG 1a, 1b, 1c, 2c; L 36, 65; monogr.]
I-11
|
19431 |
vegen, keren |
keren:
kīrə (P057p Kuringen)
|
de vloer vegen, keren (zonder water) [ZND 34 (1940)]
III-2-1
|
34244 |
vel op gekookte melk |
velletje:
valǝkǝ (P057p Kuringen),
vɛlǝkǝ (P057p Kuringen),
zaan:
zoǝn (P057p Kuringen),
zōǝn (P057p Kuringen)
|
Het vlies dat ontstaat bij afkoeling van gekookte melk. [N 6, 16; L 6, 16; L 14, 23; A 39, 7b]
I-11
|