e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Kuringen

Overzicht

Gevonden: 2406
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
droesem dras: verzamelfiche, ook mat. van ZND 1a-m  dras (Kuringen), zaksel: verzamelfiche, ook mat. van ZND 1a-m  zaksel (Kuringen) droesem [ZND 23 (1937)] III-2-3
droog weer droog: drīēch (Kuringen) droog [RND] III-4-4
droogstaan droogstaan: (de koe) ste drīx (Kuringen) Geen melk meer geven. [N 3A, 72b; JG 1a, 1b] I-11
droogte droogte: dregte (Kuringen) droogte [ZND 33 (1940)] III-4-4
druiventros druiventros: drouventros (Kuringen, ... ) [ZND 01 (1922)] [ZND 33 (1940)] I-7
druppel druppel: droͅppel (Kuringen, ... ) druppel (water) [ZND 01 (1922)], [ZND 23 (1937)] III-4-4
druppen, druppelen druppen: druppə (Kuringen, ... ) druppen (door het dak druipen, regenen) [ZND 23 (1937)] || druppen (door het dak regenen) [ZND 01 (1922)] III-4-4
dubbele pik pioche: piǫs (Kuringen) Houwwerktuig met korte steel en twee in een punt uitlopende armen. Zie ook afb. 14b. [N 30, 19b; monogr.] II-9
duif (alg.) duif: dooəf (Kuringen), Pl. [do:.ve]  dōf (Kuringen) Duif. [Goossens 1b (1960)], [ZND 08 (1925)] III-3-2
duif, algemeen duif: dooəf (Kuringen, ... ) duif [ZND 01 (1922)], [ZND 08 (1925)] III-4-1