22431 |
feest |
feest:
feest (P057p Kuringen),
fies (P057p Kuringen),
fiest (P057p Kuringen)
|
Het schoonste feest (lidwoord!). [ZND 35 (1941)]
III-3-2
|
23275 |
feestdag van sint-maarten |
sinte-maarten:
sinte matte (P057p Kuringen)
|
Sint-Maarten. [ZND 38 (1942)]
III-3-3
|
21127 |
fiets |
velo:
ne villoo (P057p Kuringen),
vélo (P057p Kuringen),
vəlo (P057p Kuringen),
eerste lettergreep beklemtoond
de vélo (P057p Kuringen),
vrouwelijk
velo (P057p Kuringen)
|
Fiets. [ZND 35 (1941)]
III-3-1
|
18121 |
fijt |
fijt:
fait (P057p Kuringen),
fijt (P057p Kuringen),
fèit (P057p Kuringen)
|
ik heb de (of het) fijt (zeer pijnlijke verzwering van een vingertop) [ZND 35 (1941)]
III-1-2
|
23264 |
flambouw |
flambouw (<fr.):
een flambow (P057p Kuringen),
flambeme (P057p Kuringen),
lantaarn (<fr.):
lantjaan (P057p Kuringen)
|
Een flambouw (die in de processie wordt gedragen). [ZND 35 (1941)]
III-3-3
|
30800 |
flank |
zijde:
zęi̯ (P057p Kuringen)
|
Zijkanten van de buik tussen de achterste ribben en de heup. De flanken dienen kort, gesloten en gevuld te zijn. Zie afbeelding 2.32. [JG 1a, 1b; N 8, 12 en 32.10]
I-9
|
20838 |
flauw |
flauw:
flauwe smaak (P057p Kuringen),
weps:
webs (P057p Kuringen)
|
meeps (flauw van smaak) [ZND 31 (1939)]
III-2-3
|
19288 |
flikflooien |
flikflooien:
ook materiaal znd 23, 55
flikkeflooje (P057p Kuringen)
|
flikflooien [ZND 01 (1922)]
III-1-4
|
18021 |
fluim |
fluim:
Gewoonlijk wordt het mv gebruikt
fluimə (P057p Kuringen)
|
fluim [ZND 23 (1937)]
III-1-2
|
18024 |
fluimen uitspuwen |
tuffen:
tyfə (P057p Kuringen)
|
Fluimen uitspuwen (tuffen, kwalsteren, klarken, kaatsjen). [N 109 (2001)]
III-1-2
|