e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Laak

Overzicht

Gevonden: 1208
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
parel parel: parel (Laak) parel [SGV (1914)] III-1-3
pastorie pastorie: pastrie (Laak) pastorie [SGV (1914)] III-3-3
paus paus: paus (Laak) paus [SGV (1914)] III-3-3
peetoom peteroom: pèteroome (Laak) peetoom [SGV (1914)] III-2-2
perenstroop perensiroop: pę̄rǝšrup (Laak) Stroop, gemaakt van peren. [N 57, 34b; N 57A, 6; monogr.] II-2
persbalk dwarsbalk: dwarsbalk (Laak) Het verticaal beweegbare, zware blok dat op het deksel van de perskuip gedrukt wordt. [N 57, 12h] II-2
persen persen: peerse (Laak), uitpersen: ūtpēsǝ (Laak) De vruchtenmassa uitpersen. In Q 249 werden de perskuipen als volgt gevuld: twee emmers fruit werden erin uitgeschud en daarover werd een juten persdoek gelegd. Dan volgden er weer twee tobben fruit, opnieuw afgedekt door een juten doek en op deze wijze werd de gehele perskuip volgemaakt. Ook de invuller uit L 295 schrijft dat de kuip zo werd gevuld en volgens hem gingen er veertig lagen fruit in een perskuip. [N 57, 16] || persen [SGV (1914)] II-2, III-1-2
perskuip perskuip: pēskȳp (Laak) De kuip van de pers met losse duigen en zonder bodem. [N 57, 14a] II-2
perzik pche (fr.): pees (Laak) perzik [SGV (1914)] I-7
pet: algemeen muts: muts (Laak) pet [SGV (1914)] III-1-3