e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Laar

Overzicht

Gevonden: 1547
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
bui, regenbui bijs: (meervoud: beeze; verkleinwoord: beeske).  bees (Laar), boes: ps. blz. 69 van deel 2 (N-W).  boes (Laar) bui, regenbui III-4-4
buitenechtelijk kind voorloper: Nederweert; cf. VD s.v. "voorkind"= "kind uit een vroeger huwelijk of vóór iemnads huwelijk met een ander geboren  veurluiper (Laar) kind dat vóór het huwelijk geboren wordt III-2-2
bunzing fis: fis (Laar), vis (Laar) bunzing III-4-2
buurten, aangaan, bezoeken opzoeken: opzeuke (Laar) opzoeken III-2-2
buurten; aanlgaan, bezoeken buurten: buurte (Laar) buurten, gezellig praten III-2-2
camelia schone juffer: schoeënjuffer (Laar) camelia III-2-1
canadapopulier canadas: kannedas (Laar) populier, canadese — III-4-3
canapé, sofa canapè: kanəpē (Laar) canapé, soort sofa III-2-1
castreren snijden: snēǝ (Laar) Het varken onvruchtbaar maken. Mannelijke varkens castreert men door ze de teelballen weg te nemen. [N 76, 44; JG 1a, 1b; monogr.] I-12
cement cement: sǝmɛ.nt (Laar) Een snel verstenend bindmiddel, doorgaans in poedervorm, dat ontstaat door vermenging van kalk- en leemhoudende stoffen die onder hoge temperatuur versinterd zijn. Het bezit de eigenschap door toevoeging van water zowel onder water als aan de lucht te verharden. [N 30, 35a; N 30, 35b; monogr.] II-9