26677 |
oliemolen |
slagmolen:
slǭx[molen] (Q088p Lanaken)
|
Wind-, water- of rosmolen waarin uit zaden olie wordt geslagen. Het zaad wordt daartoe gekneusd met behulp van de zgn. kollergang bestaande uit twee verticaal geplaatste loperstenen. Het geplette zaad wordt in een pan verhit en vervolgens in wollen zakjes (builen) geborgen, waarna de builen in leren omslagen met een paardeharen voering gelegd worden. Het op deze wijze verpakte warme zaadmeel wordt daarna tweemaal geperst. Zie voor de fonetische documentatie van het woorddeel -ømolenŋ het lemma ɛmolenɛ.' [JG 1a; JG 1b; Vds 15; Jan 15; Coe 5; Grof 5; monogr.; N D add.]
II-3
|
23150 |
olifant |
olifant:
Karte 109.
olifant (Q088p Lanaken)
|
Elefant.
III-3-2
|
33745 |
omheinen |
afmaken:
afmǭkǝ (Q088p Lanaken),
afpalen:
āfpǭlǝ (Q088p Lanaken)
|
Iets omgeven met een omheining, meest van toepassing op een weiland. [N 14, 63; L 32, 45; A 25, 9; Gwn 16, 11; Vld.; monogr.]
I-8
|
19711 |
omheining |
tuining:
tȳneŋ (Q088p Lanaken)
|
De omheining in het algemeen. [N 14, 62; N 14, 67; S 11, 13; L 19B, 5a; A 25, 5; RND 8, 20; Gwn 16, 11; monogr.]
I-8
|
18548 |
omslag van de broek |
omslag:
ømslōͅx (Q088p Lanaken)
|
de omslag van de broek [N 59 (1973)]
III-1-3
|
18188 |
omslagdoek (alg.) |
plag:
plak (Q088p Lanaken)
|
Doek, die om de schouders wordt geslagen (fr. châle). [ZND 05 (1924)]
III-1-3
|
25685 |
omzetten |
omscheppen:
ømšø̜pǝ (Q088p Lanaken)
|
Het met de graanschop omkeren van het op de graanzolder uitgespreide graan. [JG 1a, 1b, 2c]
I-4
|
25149 |
onbewolkt |
klaar:
klār (Q088p Lanaken),
klōͅr (Q088p Lanaken),
ps. omgespeld volgens Grootaers.
klōͅr (Q088p Lanaken)
|
klaar, helder [ZND 19A (1936)]
III-4-4
|
28955 |
onderarmsuçon |
zijsuçon:
zęjsǝzõ (Q088p Lanaken)
|
Puntnaad die begint onder de oksel. [N 59, 94b]
II-7
|
29059 |
onderkraag |
onderkraag:
ondǝrkrǭx (Q088p Lanaken)
|
Het onderste gedeelte van de kraag dat niet in het zicht komt. Het materiaal voor de onderkraag is doorgaans dunne maar dichtgeweven stof. Traditioneel wordt hiervoor kleermakersvilt gebruikt (Het Beste Naaiboek, pag. 389). [N 59, 121b]
II-7
|