e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L422p plaats=Lanklaar

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
mannenkleren manskleren: ma.nskleͅijər (Lanklaar, ... ) mannenkleren [t mansdinge] [N 23 (1964)] III-1-3
mannenonderhemd manshemd: manshømə (Lanklaar) onderhemd voor mannen [N 25 (1964)] III-1-3
mantelpak completje (<fr.): komplekə (Lanklaar), mantelpakje: ma.ntəlpekskə (Lanklaar) mantelpak, uit jas en rok bestaand dameskostuum [N 23 (1964)] III-1-3
maria-hemelvaart onze-lieve-vrouwdag: oe = kort  oes lif vrouwdaag (Lanklaar) Hoe heet bij u de feestdag van O.L.V.-Hemelvaart (15 augustus)? [ZND 17 (1935)] III-3-3
markt markt: in `t midde van de mert (Lanklaar), ənə merət (Lanklaar) een markt [ZND A1 (1940sq)] || In het midden van de markt. [ZND 38 (1942)] III-3-1
marmer marmer: marmër (Lanklaar, ... ), mermer (Lanklaar, ... ) marmer [ZND 01 (1922)], [ZND 38 (1942)] III-4-4
martelen martelen: martələ (Lanklaar) martelen [ZND A1 (1940sq)] III-3-1
marter fis: steenmarter ondergebracht bij marter, alg.  vis (Lanklaar) steenmarter [ZND 07 (1924)] III-4-2
masker mombakkes: ə mombàkəs (Lanklaar), mommegezicht: moemmegezicht (Lanklaar) Een masker (vastenavond). [ZND B1 (1940sq)] || Masker. [ZND 01 (1922)] III-3-2
masteluin bontgoed: bont˱gōt (Lanklaar) Menggewas, vooral rogge en tarwe dooreen; vroeger bakte men er brood van ("masteluinbrood"), nu wordt het alleen nog als groenvoer gezaaid. Indien het mengsel een andere samenstelling heeft dan rogge en tarwe, dan wordt dat in het lemma aangegeven. De opgaven "groenvoer" zijn in het lemma ''groenvoer'' (1.2.14) ondergebracht. Voor de fonetische documentatie van het woorddeel [koren], zie het lemma ''rogge'' (1.2.4), resp. ''graan, koren'' (1.2.1). [L 39, 15; L lijst graangewassen, 5; monogr.; add. uit L 48, 26; Lu 2, 26] I-4