20546 |
azijn |
azijn:
azéén (K317p Leopoldsburg)
|
azijn; Hoe noemt U: De zure vloeistof bestaande uit azijnzuur en water, die o.a. gebruikt wordt bij het bereiden en conserveren van spijzen (azijn, arzijn, eek) [N 80 (1980)]
III-2-3
|
18321 |
baaien onderrok |
baaien onderrok:
baojən onnərrok (K317p Leopoldsburg),
bōͅjənoͅnəroͅk (K317p Leopoldsburg)
|
onderrok, dikke baaien ~ [N 24 (1964)]
III-1-3
|
18282 |
baalschort |
plakker:
plekker (K317p Leopoldsburg),
plekər (K317p Leopoldsburg)
|
voorschoot van jute of grof linnen of een als schort gebruikte baalzak [slobbert, baolscholk, baalslop, pleggert, plekker] [N 24 (1964)]
III-1-3
|
22321 |
baantje glijden op het ijs |
rijzen:
Geh. Leopolds burg. (t Daghet in den Oosten VII, 11)
rijzen (K317p Leopoldsburg)
|
Sleuren, slibberen, gletsen, glijden over het ijs.
III-3-2
|
17584 |
baard |
baard:
bōͅrt (K317p Leopoldsburg)
|
baard [N 10b (1961)]
III-1-1
|
34113 |
baarmoeder van de koe |
moederbed:
mudǝrbɛt (K317p Leopoldsburg)
|
[N 3A, 48; A 48A, 47a]
I-11
|
20551 |
babbelaar |
babbelaar:
babbəléér (K317p Leopoldsburg)
|
babbelaar; Hoe noemt U: Een balletje van suiker of stroop (babbelder, babbelaar, brok, babbel(tje), suikerbal, sabbelder, ababol, rababbel, kussentje, spekje, steek, kokinje, babbelut) [N 80 (1980)]
III-2-3
|
20144 |
baby van zeven maanden |
baby van zeven maanden:
baby van zeven munden (K317p Leopoldsburg)
|
een baby van 7 maanden [DC 46 (1971)]
III-2-2
|
21163 |
bagagewagen |
fourgon (fr.):
Van Dale: fourgon (Fr.), vrachtwagen, vrachtwagon.
fourgon (K317p Leopoldsburg)
|
een bagagewagen bij een trein [fourgon, bak] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
21185 |
baggermolen |
baggermolen:
baggermolen (K317p Leopoldsburg)
|
een baggermolen die zand opzuigt en door een buis ver weg perst (opper, zandzuiger, zuiger) [N 90 (1982)]
III-3-1
|