e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Leopoldsburg

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
snuisterij prulletje: prulleke (Leopoldsburg) een klein sieraad, een aardig prulletje van geringe waarde [snuisterij, snuiselderij] [N 89 (1982)] III-3-1
snurken snurken: snurke (Leopoldsburg) snurken [snorke, ronke] [N 10 (1961)] III-1-2
sober sober: sober (Leopoldsburg) afkerig van overdaad of overmaat [sefiel, sober] [N 85 (1981)] III-1-4
soepvlees bouilli: bŏĕjie (Leopoldsburg) soepvlees; Hoe noemt U: Mager vlees om soep van te koken (boelie, bouilli, soepvlees) [N 80 (1980)] III-2-3
soevereinboor soeverein: sufręjn (Leopoldsburg) Boorijzer voor hout waarvan het snijvlak kegelvormig is en voorzien is van verschillende inkervingen. Bij oudere soevereinboren is het boorijzer plat en onderaan spits uitlopend. De soevereinboor wordt gebruikt om de bovenrand van geboorde gaten kegelvormig af te schuinen. Op deze wijze kan bijvoorbeeld de kop van een schroef verzonken in het hout worden aangebracht. Zie ook afb. 76 en het lemma ɛsoevereinboor, verzinkboorɛ in Wld II.11, pag. 78-79. Het betreft daar een vergelijkbaar type boorijzer voor metaal.' [N 53, 166; N G, 31e; monogr.] II-12
sok manssok: mansok (Leopoldsburg), mansoͅk (Leopoldsburg) sok, korte herenkous [zok, vlink, vlik, ene zök] [N 24 (1964)] III-1-3
sokophouder elastiek: elastèk (Leopoldsburg), eͅlastek (Leopoldsburg) sokophouder, band om de kuit [N 24 (1964)] III-1-3
soldaat soldaat: suldu.t (Leopoldsburg) soldaat [RND] III-3-1
soldaten leger: leger (Leopoldsburg), piotten: Gewoon.  pijotə (Leopoldsburg), soldaten: suldu.tə (Leopoldsburg) algemene naam voor soldaten [volk, soldatenvolk, soldaterij] [N 90 (1982)] || soldaten [RND] III-3-1
soorten soldaten piot: Van Dale: (gew. en Barg.) infanterist.  piot (Leopoldsburg) welke verschillende soldaten onderscheidt u [piot, zandhaas, kalkvreter] [N 90 (1982)] III-3-1