e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Leunen

Overzicht

Gevonden: 3656
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
donderslag donderslag: (mv.: dònderslaeg).  dònderslág (Leunen), hommelslag: (meervoud: hòmmelslaeg).  hòmmelslág (Leunen) donderslag III-4-4
donderx donder: doonder (Leunen, ... ), Opm. dit is J.V. (betekent jonger Venrays - is een nieuwere Venrayse benaming).  dònder (Leunen), hommel: homel (Leunen), hòmmel (Leunen), (dit is een synoniem voor doonder).  hòmmel (Leunen) donder [SGV (1914)] || donder, onweer || onweer III-4-4
donker, duisterx donker: donker (Leunen), duister: duuster (Leunen), zakkendonker: sakkeduuster (Leunen) donker [donkel, duuster, domp] [N 06 (1960)] III-4-4
dood (bn.) dood: doeued (Leunen), doeəd (Leunen), doj (Leunen), dŏŏed (Leunen) dood [SGV (1914)] || dood (bijv.) [DC 03 (1934)] || dood (bn) III-2-2
dood (zn.) dood: doeëd (Leunen) de dood (zn.) III-2-2
doodgraver dodendraver: J(onger) V(enraays)  doeëjedraver (Leunen), dodengraver: dojjegraever (Leunen), doodsgraver: dódsgraver (Leunen) doodgraver || grafdelver III-2-2
doodmalen doodmalen: doǝtmālǝ (Leunen), kapotmalen: kǝpǫtmālǝ (Leunen) Het meel te fijn malen. [N O, 36e] II-3
doodskist doodskist: dodskiest (Leunen), dòdskiest (Leunen), dódskiest (Leunen) doodskist || doodskist; hoe noemt men het houten voorwerp, waarin de dode in het graf wordt gelegd [DC 23 (1953)] || Hoe noemt men het houten voorwerp, waarin de dode in het graf wordt gelegd? [DC 23 (1953)] III-2-2, III-3-3
doodskleed doodshemd: dodshimd (Leunen), dódshimd (Leunen), doodskleed: dódsklieëd (Leunen), lijkdoek: liekdoēk (Leunen) doodshemd || doodskleed || doodskleed; hoe noemt men het doodskleed (hinnekleed, reekleed, regenkleed, enz.)? Moet dit kleed aan bepaalde voorwaarden voldoen? [VC 03 (1937)] || lijkwade III-2-2
doodsteken kelen: kēlǝn (Leunen), nek afsnijden: nɛk āfsnējǝn (Leunen) Nadat het dier is verdoofd, wordt het ogenblikkelijk de keel doorgesneden, opdat het nog pompende hart het bloed uit het lichaam kan stuwen. De woordtypen in dit lemma kunnen zowel duiden op het doodsteken van een varken als op het doodsteken van een rund. Een bij de opgave toegevoegd object ''varken'', ''koe'', ''beest'' wordt niet in het woordtype opgenomen. [N 28, 11a; N 28, 11b, N 28, 12a; N 28, 13b, monogr.] II-1