e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Leveroy

Overzicht

Gevonden: 489
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
lenig gezwank: gezwank (Leveroy) lenig [zwak, gezwak] [N 10 (1961)] III-1-1
levend vlees onder de huid leven, het -: t lééve (Leveroy) levend vlees onder de huid [t leeve] [N 10 (1961)] III-1-1
lever lever: lééver (Leveroy) lever [leevert, lijver, livvere] [N 10 (1961)] III-1-1
leverworst leverworst: laeverworst (Leveroy) leverworst [N 06 (1960)] III-2-3
lichaam lijf: līēf (Leveroy) lichaam [N 10 (1961)] III-1-1
lichaamskracht macht: macht (Leveroy, ... ) lichaamskracht (kracht die een zieke geleidelijk verspeelt) [macht, maacht] [N 10 (1961)] III-1-2, III-1-4
lichaamsvocht vocht: t vocht (Leveroy) lichaamsvocht (dat zich bijv. in de gewrichten bevindt) [N 10 (1961)] III-1-2
lidmaat, ledematen lidmaat, ledematen: lidmoat (Leveroy) ledematen, lidmaat [N 10 (1961)] III-1-1
lies lies: lees (Leveroy) lies, liezen [den dunne, lieze, lieses] [N 10 (1961)] III-1-1
lijkbidder lijkbidder: lijkbeeders (Leveroy) het overlijden aanzeggen; wat is de benaming voor de persoon die dat deed? [VC 30 (1964)] III-2-2