e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Limbricht

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
nylonkous nylonhoos: neilonhaoze (Limbricht) nylonkousen [N 24 (1964)] III-1-3
ochtend (vanmorgen ochtend: mörge (Limbricht), veurmiddig (Limbricht) s morgens) [DC 65 (1990)] III-4-4
oever boord: baord (Limbricht), kant: kentj (Limbricht) oever [DC 02 (1932)] III-4-4
ogenblikje, korte tijd, eventjes amelang: Opm.: (= amen-lang)?  amelank (Limbricht) ogenblikje [DC 03 (1934)] III-4-4
okkernoot noot: -  noot (Limbricht) okkernoot, vrucht van [DC 17 (1949)] I-7
oksel oksel: oksel (Limbricht) oksel, oksels [oksel, okselschrooi, hoksel, hoks] [N 10 (1961)] III-1-1
oliebol nonnenvot: Syst. WBD Een door elkaar geslingerd gebak voor vastenavond  nônnevot (Limbricht), oliebol: Syst. WBD Rond van vorm  oliebol (Limbricht) Oliebol (nonnevot?) [N 16 (1962)] III-2-3
oliekoek oliekoek: Syst. WBD  aoliekouk (Limbricht) In raapolie gebakken ronde koek van meel, krenten en eieren (oliekoek?) [N 16 (1962)] III-2-3
omslagdoek (alg.) falie: falie (Limbricht), plag: plak (Limbricht) schouderdoek, wollen ~ of omslagdoek, soms ook wel over het hoofd gedragen [neus-, nuisdook, nuizek, nuzzing, plak, plaggen, sjelon, falie] [N 23 (1964)] III-1-3
omweiden omzetten: ǫ̃mzɛtǝ (Limbricht) Het geregeld verplaatsen van vee. [N 3A, 11; monogr.] I-11