24480 |
hazelaar |
hazelnoot:
-
hazelnoot (L434p Limbricht),
hazelstruik:
-
hazelstroek (L434p Limbricht)
|
hazelnoot - boom (Colylus Avellana L.) [DC 17 (1949)] || hazelnoot - vrucht (Colylus Avellana L.) [DC 17 (1949)]
III-4-3
|
24320 |
hazenleger |
legter:
laegter (L434p Limbricht)
|
leger, ligplaats ve haas [DC 54 (1979)]
III-4-2
|
19534 |
hecht van een mes |
handvat:
handjvat (L434p Limbricht)
|
handvat van een mes (hecht, heft) [N 20 (zj)]
III-2-1
|
24988 |
heen en weer (bewegen) |
hier en daar:
hae lop hier en daor (L434p Limbricht)
|
heen en weer lopen [op en aaf lope] [N 07 (1961)]
III-4-4
|
21285 |
heer |
heer:
i.ər (L434p Limbricht)
|
heer [RND]
III-3-1
|
24607 |
heermoes |
kattenstaart:
-
katteschtert (L434p Limbricht),
kattestaart:
katǝštɛrt (L434p Limbricht)
|
Equisetum arvense L. [DC 17 (1949)] || Equisetum arvense L. Zeer algemeen voorkomend onkruid uit de paardestaart-familie (Equisetum L.) op bouwland, grasland, tuinen en bermen met een rechtopstaande holle stengel, die geleed is en gemakkelijk uiteen te trekken. Op de grens van de afzonderlijke leden bevindt zich een krans van schubben, die de bladeren vertegenwoordigen. Deze sporenplant bloeit van april tot mei en varieert in hoogte van 10 tot 80 cm. In het algemeen bekender onder de familienaam paardestaart. L 214a: "De volksmond zegt dat onderaan de wortel van de katǝstart een gouden knøpkǝ zit." L 250: "Gedroogde blaadjes worden als medicinale thee gebruikt bij pijnlijke urinelozing." De samenstellingen met -staarts zijn verschoven vormen van staart; vergelijk het lemma Ploegstraat in aflevering I.1, blz. 62. [A 17, 5; A 49B, 4; monogr.]
I-5, III-4-3
|
18015 |
hees, schor |
hees:
heisj zeen (L434p Limbricht)
|
schor, schor zijn [ruigsen, hees, gees zijn] [N 10 (1961)]
III-1-2
|
24168 |
heggenmus |
aardmusje:
èrdmösjke (L434p Limbricht),
bastaardnachtegaal:
basterdnachtegaal (L434p Limbricht)
|
heggemus (14,5 overal bekend; grauw, zit graag onder en in heggen; nestje heeft mos binnenin; blauwe eitjes; zang helder krinkelend, ook s winters [N 09 (1961)] || Hoe heet de heggemusch? [DC 06 (1938)]
III-4-1
|
19539 |
heibezem |
heibezem:
heibessem (L434p Limbricht)
|
bezem gemaakt van heitakjes (heiwasser, heibezem) [N 20 (zj)]
III-2-1
|
19915 |
hemel |
hemel:
dən e.məl (L434p Limbricht)
|
hemel [RND]
III-3-3
|