e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Limmel

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
spreken, praten praten: proate (Limmel), spreken: sjprêke (Limmel) praten [SGV (1914)] || spreken [SGV (1914)] III-3-1
sprinkhaan sprinkhaan: sjprinkhaan (Limmel) sprinkhaan [SGV (1914)] III-4-2
sproeten sproetelen: sjprotele (Limmel) sproet(en) [SGV (1914)] III-1-1
sprokkelen (hout) rapen: hout rape (Limmel) sprokkelen [SGV (1914)] III-1-2
spruitkool, spruitje spruitelen: sjprotele (Limmel) spruiten [SGV (1914)] I-7
spuiten spruiten: sjpruite (Limmel) spuiten [SGV (1914)] III-4-4
staan staan: sjtoon (Limmel) staan [SGV (1914)] III-1-2
staart staart: sjtart (Limmel), štart (Limmel) [A 2, 37; L 29, 27; S 35; monogr.]staart [SGV (1914)] I-11, III-4-2
stad stad: sjtad (Limmel) stad [SGV (1914)] III-3-1
stal stal: stā.l (Limmel) Een ruimte in het algemeen, die onderdak biedt aan vee. De benamingen kunnen zowel het gebouw, als de ruimte daarbinnen betreffen. Meestal wordt kortheidshalve van "de stal" gesproken, als men het veeverblijf en met name de koestal bedoelt. [JG 1a en 1b; Wi 11; S 50; L A1, 4; RND 97; monogr.; add. uit N 5A, passim] I-6