e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Limmel

Overzicht

Gevonden: 1344
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
royaal royaal (<fr.): reaal (Limmel) gul [SGV (1914)] III-3-1
rozenbottel rozenbottel: roezebottel (Limmel) rozenbottel [SGV (1914)] III-4-3
rug rug: rök (Limmel) rug [SGV (1914)] III-1-1
ruiken ruiken: Tans, J.G.H., Isoglossen rond Maastricht in de dialecten van Belgisch en Nederlandsch Zuid-Limburg. Maastricht, uitg. Van Aelst, 1938. 246 pp.  y, y: (Limmel) ruiken III-1-1
ruin ruin: run (Limmel) Gecastreerde hengst. Als de veulens één à twee jaar zijn en de ballen voldoende gezakt en zichtbaar in de balzak zijn, worden zij gecastreerd. Een hengst van drie tot vijf jaar die om de een of andere reden op deze leeftijd nog gecastreerd wordt, wordt meestal gesneden hengst en niet ruin genoemd. [JG 1a, 1b; A 4, 2c; L 20, 2c; L 39, 43; N 8, 20 en 38; S 27; monogr.] I-9
ruiten in het kaartspel ruiten: roeten oas (Limmel) Ruiten: Ruiten aas. [SGV (1914)] III-3-2
rund rind: rent (Limmel) Holhoornig, herkauwend zoogdier dat om zijn vlees en melk en ook wel als trekdier gehouden wordt. [L 6, 22; L 42, 12; S 30; S 49; Wi 6; monogr.] I-11
runderhorzel, horzel horzel: hoorsjel (Limmel, ... ) daas (paardenvlieg) [SGV (1914)] || horzel [SGV (1914)] III-4-2
rups rups: rŏps (Limmel, ... ) rups [SGV (1914)] III-4-2
rusten rusten: röste (Limmel) rusten [SGV (1914)] III-1-2