18938 |
obstakel |
last:
làst (P047p Loksbergen),
leed:
lijət (P047p Loksbergen),
ongemak:
òngəmàk (P047p Loksbergen)
|
iets dat het tot een einde brengen van een handeling in de weg staat [ongerief, mishand] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
23936 |
octaaf |
octaaf (<fr.):
oktááf (P047p Loksbergen)
|
Een octaaf, periode van 8 dagen ter viering van een groot kerkelijk feest. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
24947 |
oever |
kant:
kànt (P047p Loksbergen)
|
oever, zoom van het land aan elk van de beide zijden van het water van een rivier, meer enz [kant, wal] [N 81 (1980)]
III-4-4
|
23408 |
offerblok |
offerblok:
offerblok (P047p Loksbergen)
|
Het metalen (vroeger houten) kastje, aangebracht bij de kerkuitgan(en) en/of bij een heiligenbeeld, waarin men geld kan deponeren [godsblik, offerstok, offerblok, offerbus, offerkist?]. [N 96A (1989)]
III-3-3
|
23639 |
offergang |
offergang:
offərgank (P047p Loksbergen, ...
P047p Loksbergen)
|
De offergang maken, ten offer gaan. [N 96B (1989)] || De offergang, rondgang van de gelovigen rond het offerblok [offergank?]. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
23409 |
offergeld |
offer:
offer (P047p Loksbergen)
|
Het geld dat men in het offerblok stopt [offergeld?]. [N 96A (1989)]
III-3-3
|
24900 |
ogenblikje, korte tijd, eventjes |
even:
iəwə (P047p Loksbergen),
minuut:
menuut (P047p Loksbergen)
|
een ogenblikje [ZND 04 (1924)] || even [ZND 34 (1940)]
III-4-4
|
23227 |
oksaal |
doksaal:
taksool (P047p Loksbergen),
taksoowel (P047p Loksbergen),
ə schoeən tachoəl bij ⁄nen nieven ouleger (P047p Loksbergen)
|
Een schoon oksaal met een nieuw orgel. [ZND 05 (1924)] || Het oksaal, de galerij boven het kerkportaal, waar het orgel staat en het zangkoor zingt [oksaal oksaol, koor, zangerskoor, zangzolder?]. [N 96A (1989)]
III-3-3
|
29068 |
okselstuk |
oksel:
oksǝl (P047p Loksbergen)
|
Vierkante lap, dubbel gevouwen in de vorm van een driehoek, die in een hemd onder de oksel zit en dient om de mouw van onderen met het lijf te verbinden. [N 62, 11c; N 62, 34c]
II-7
|
20547 |
olie |
olie:
aolə (P047p Loksbergen),
smout:
smààt (P047p Loksbergen)
|
olie; Hoe noemt U: De vette vloeistof die b.v. gebruikt wordt bij het aanmaken van sla of het braden van vlees (smout, olie) [N 80 (1980)]
III-2-3
|