e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Loksbergen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
halster halster: hɛlstǝr (Loksbergen) Stel van leren riemen - eventueel touwen - of kettingen dat het paard om het hoofd heeft als het niet ingespannen is. Aan de halsterring wordt de lijn of ketting gehecht waarmee het paard in de stal of op de weide wordt vastgebonden of waarmee het wordt geleid. Op sommige plaatsen wordt de term halster ook gebruikt om het Hoofdstel of de Stalband aan te duiden. [JG 1a, 1b, 1c, 1d, 2b, 2c; N 13, 18a; N 5 A II, 59e add.; monogr.] I-10
halve maan, eerste kwartier eerste kwartier: istə kətĭĕr (Loksbergen) schijngestalte van de maan: eerste kwartier, halve maan [wassende maan, wassenaar] [N 81 (1980)] III-4-4
ham, hesp hesp: heͅsp (Loksbergen), verzamelfiche ook mat. van ZND 01 (a-m) (a+b)  hesp (Loksbergen), verzamelfiche ook mat. van ZND 1, a-m  hesp (Loksbergen) ham [Goossens 1b (1960)] || hesp [ZND 01u (1924)], [ZND 24 (1937)] III-2-3
hamer van de klepklok kleper: kleiper (Loksbergen) De hamer van een klepklok [trumphamer?]. [N 96A (1989)] III-3-3
hand hand: hant (Loksbergen, ... ) hand [ZND 01 (1922)], [ZND m] III-1-1
handboei kluister: Van Dale: kluister, 1. boei; -2. soort van boei aan een der voeten aangelegd om een paard of rund in zijjn bewegingen te belemmeren; -3. (gew.) (hang)slot.  kləəstərs (Loksbergen) de boei waarmee handen geboeid worden [paternoster, handboei] [N 90 (1982)] III-3-1
handel commerce (fr.): kəmèrs (Loksbergen) het kopen en verkopen, het doen van koopmanszaken [agotie, negotie, commerce, handel] [N 89 (1982)] III-3-1
handelaar commerant (fr.): komèrsànt (Loksbergen), marchand (fr.): màrchàn (Loksbergen) iemand die handel drijft [koopman, commercant, marchand, handelaar] [N 89 (1982)] III-3-1
handelen commercen (<fr.): kəmèrsə (Loksbergen), handelen: ha[o}ndələ (Loksbergen) handelen [ZND m] || loven en bieden, de waren aanprijzen [koopman] en er een prijs voor bieden (koper) [handelen] [N 89 (1982)] III-3-1
handeling gang: gàng (Loksbergen) een op zichzelf staande, niet werktuigelijke verrichting, een handeling [gangen, gang, daad] [N 85 (1981)] III-1-4