e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Loksbergen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
krokmes steekmes: stēkmɛs (Loksbergen) Mes voor het aanprikken van opstaande wissen, zodat deze zonder te breken omgebogen kunnen worden. Zie ook afb. 274. [N 40, 52] II-12
krom, met bochten krom: krŏĕmp (Loksbergen) afwijkend van een rechte lijn met een of meer bochten [krom, kromp, slom] [N 91 (1982)] III-4-4
krommen, ombuigen buigen: bəəgə (Loksbergen), plooien: pluwe (Loksbergen) Krommen: een kromme, gebogen vorm doen aannemen (krommen, buigen, draaien). [N 84 (1981)] || Ombuigen: een andere richting geven (ombuigen, (om)plooien) [N 108 (2001)] III-1-2
krompasser verdikpasser: vǝrdekpasǝr (Loksbergen) Passer met kromme benen waarmee de dikte van voorwerpen kan worden gemeten. Er bestaan twee uitvoeringen van de krompasser: één met veer en stelschroef en één met een scharnierpunt dat voldoende stroef is om de twee benen, na het uitzetten van de vereiste afmeting, in die stand vast te houden. De benen van de krompasser met stelschroef kunnen met een kartelmoer worden gefixeerd. Zie ook afb. 82. [N 33, 252c; N 64, 80b; N 66, 1b] II-11
kroon kroon: kruən (Loksbergen), kroontje: kru[i}nkə (Loksbergen) kroon [ZND m] III-3-1
kroonluchter luster: luster (Loksbergen) Een veelarmige lamp in de kerk, luchter, kroonluchter. [N 96A (1989)] III-3-3
kruid (alg.) kruid: krø̄t (Loksbergen) kruid [ZND m] III-4-3
kruik kruik: krø͂ͅk (Loksbergen) kruik [ZND 01 (1922)] III-2-1
kruin kruin: krø͂ͅn (Loksbergen) kruin [ZND m] III-1-1
kruinschering: kruin scheren kruin scheren: kruunschiejərə (Loksbergen) De kruinschering [kruungsjeëre]. [N 96D (1989)] III-3-3