| 33976 |
staartriem |
staartteugel:
stɛttø̜ygǝl (P047p Loksbergen)
|
Riem die onder de staart van het paard doorloopt en aan het haam of aan het borsttuig is vastgemaakt als het paard geen zadel draagt. Dit onderdeel van het paardetuig was al aan het verdwijnen in de laatste fase van het met kar en paard rijden. Het belet dat het haam naar voren schuift als het paard het hoofd buigt. [JG 1b, 1c, 2b, 2c; monogr.]
I-10
|
| 21272 |
stad |
stad:
stat (P047p Loksbergen, ...
P047p Loksbergen)
|
stad [RND], [ZND m]
III-3-1
|
| 21749 |
stadsomroeper |
garde (<fr.):
gárde (P047p Loksbergen)
|
de persoon die in een stad of dorp gemeentelijke berichtgeving mondeling bekend maakt [stadsomroeper, belleman] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
| 28377 |
stal |
stal:
stal (P047p Loksbergen)
|
Een ruimte in het algemeen, die onderdak biedt aan vee. De benamingen kunnen zowel het gebouw, als de ruimte daarbinnen betreffen. Meestal wordt kortheidshalve van "de stal" gesproken, als men het veeverblijf en met name de koestal bedoelt. [JG 1a en 1b; Wi 11; S 50; L A1, 4; RND 97; monogr.; add. uit N 5A, passim]
I-6
|
| 24579 |
stam van de boom |
stam:
stam (P047p Loksbergen),
stàm (P047p Loksbergen)
|
boomstam [ZND m] || Het deel van een boom van de wortels tot aan de takken (stam, bol). [N 82 (1981)]
III-4-3
|
| 24728 |
stam van de knotwilg |
tronk:
trunk (P047p Loksbergen)
|
De stam van de knotwilg. [N 82 (1981)]
III-4-3
|
| 34056 |
stamboekstier |
stamboekstier:
stambukstīr (P047p Loksbergen)
|
Stier waarvan de gegevens betreffende afkomst e.d. in een stamboek staan ingeschreven: raszuivere stier. Zie afbeelding 4. [JG 1a, 1b]
I-11
|
| 22730 |
standbeeld |
standbeeld:
standbɛlt (P047p Loksbergen)
|
standbeeld [RND]
III-3-2
|
| 21166 |
station |
statie (<lat.):
stoosə (P047p Loksbergen)
|
de plaats van aankomst en vertrek van treinen [station, statie, halte] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
| 21260 |
steeg, steegje |
gat?:
gàt (P047p Loksbergen),
steeg, steegje:
ps. invuller noteert hier een i + j (en geen ij).
stijəg (P047p Loksbergen)
|
een smalle, armoedige straat [slop, straatje, steeg, gats] [N 90 (1982)]
III-3-1
|