31283 |
verlengstuk |
handvat:
hánt˲vat (P047p Loksbergen)
|
Een stuk ijzer dat aan een werkstuk wordt vastgezet om dit laatste bij het smeden gemakkelijker te kunnen hanteren. Doorgaans gebruikt men echter een smeedtang. [N 33, 309]
II-11
|
21393 |
verliezen |
verliezen:
vərlṇzə (P047p Loksbergen)
|
Verliezen. [ZND m]
III-3-2
|
19338 |
vermaak |
plezier:
pləzier (P047p Loksbergen)
|
een handeling waardoor men plezier beleeft [vermaak, amusement] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
18853 |
vermoeden |
peinzen:
pèèzə (P047p Loksbergen),
vermoeden:
vərmōēdə (P047p Loksbergen)
|
het menen dat iets waarschijnlijk is, het veronderstellen dat iets zo is [vermoeden, bronsel] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
29370 |
vernieuwen |
vernieuwen:
vǝrnivǝ (P047p Loksbergen)
|
Van oud, uit elkaar gedraaid, touw weer bruikbaar touw maken. [N 48, 111a]
II-7
|
23374 |
verpachte banken |
zitstoelen:
zeͅtstūlə (P047p Loksbergen)
|
De kerkbanken waarvan de plaatsen aan parochianen verpacht werden. [N 96A (1989)]
III-3-3
|
18899 |
verplichting |
verplichting:
vərplichting (P047p Loksbergen)
|
het verplicht zijn [moetert, verplichting] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
24997 |
verpulveren |
verpulveren:
vərpulvərən (P047p Loksbergen)
|
tot poeder maken of worden [miezelen, verpulveren] [N 91 (1982)]
III-4-4
|
20644 |
verschalen |
verschalen:
vərsxoͅi̯lə (P047p Loksbergen),
wø.də (P047p Loksbergen)
|
verschalen [ZND 06 (1924)]
III-2-3
|
23916 |
verschijning |
verschijning:
vərchééning hèmmə (P047p Loksbergen)
|
Een verschijning hebben/krijgen. [N 96D (1989)]
III-3-3
|