20474 |
van hoge afkomst |
van goed volk:
van good volk (K278p Lommel)
|
van hoge afkomst; hij is - - - [ZND 19 (1936)]
III-2-2
|
34489 |
van veren wisselen |
ruiven:
roi̯vǝn (K278p Lommel),
rø̜̄u̯vǝn (K278p Lommel),
rø̜̄vǝn (K278p Lommel),
rø̜i̯vǝ (K278p Lommel),
ruizen:
rø̜̄u̯sǝn (K278p Lommel),
rø̜.zǝn (K278p Lommel),
rø̜u̯zǝn (K278p Lommel)
|
[N 19, 51; L 6, 20; L 42, 5; L 48, 10; A 26, 8; Lu 2, 10; Lu 4, 8; S 30; JG 1a, 1b, 2a-2, 12, 2c; monogr.]
I-12
|
22355 |
van zijn plaats rollen |
uitbollen:
uitbollen (K278p Lommel)
|
van zijn plaats rollen, gezegd van een tol die uitgedraaid is [binnen, birzen, bizzen, brienen] [N 112 (2006)]
III-3-2
|
17824 |
vangen |
vangen:
vangen (K278p Lommel, ...
K278p Lommel,
K278p Lommel),
vanghen (K278p Lommel)
|
vangen [ZND 25 (1937)], [ZND m]
III-1-2
|
22352 |
vanger bij krijgertje spelen |
vanger:
vanger (K278p Lommel)
|
de persoon die vangt bij het krijgertje spelen [pakker, seseur] [N 112 (2006)]
III-3-2
|
18808 |
vanzelfsprekend |
natuurlijk:
dai is natuurlek (K278p Lommel),
des naturlek (K278p Lommel)
|
Dat is natuurlijk. [ZND 37 (1941)]
III-1-4
|
21254 |
varen |
varen:
vōāren (K278p Lommel, ...
K278p Lommel)
|
varen [ZND m]
III-3-1
|
34297 |
varken |
varken:
vęrǝʔǝn (K278p Lommel),
vɛrkǝn (K278p Lommel),
vɛrǝʔǝn (K278p Lommel),
varkentje:
vɛrǝkskǝn (K278p Lommel)
|
Bedoeld wordt een varken in het algemeen, niet geslachtelijk of naar leeftijd onderscheiden. [N 19, 1; N M, 7; N C; N C, add.; RND 46 en 84; L 8, 19; L 8, 32; L mon.; S 39; JG 1a, 1b, 2c add.; R (s]
I-12
|
34298 |
varken (bijzondere namen) |
kuus:
kys (K278p Lommel),
kȳs (K278p Lommel)
|
In de Nijmeegse vragenlijst 19 vraag 2 werd gevraagd: "Kent uw dialect bijzondere namen voor varken?" In het lemma ''varken'' (1.1.1) zijn de algemene benamingen voor het varken ondergebracht; in dit lemma de bijzondere. Er is overlapping in de naamgeving. [N 19, 2; monogr.; Vld]
I-12
|
34316 |
varken van acht tot twaalf weken |
loper:
loper (K278p Lommel),
løi̯ǝpǝr (K278p Lommel),
lø̜i̯pǝr (K278p Lommel),
lōpǝr (K278p Lommel),
loperd:
lø̄pǝrt (K278p Lommel)
|
De benamingen duiden doorgaans op een big van acht tot twaalf weken. Het gewicht van dit varken varieert van ongeveer 30 kg tot ongeveer 50 kg. [N 19, 4a; N 76, 3c; N C, 9c; JG 1a, 1b, 2c; L 37, 49b; L 37, 49e; L 3, 2b; L 1a-m; A 4, 4b; Gwn; monogr.; N C, add.; N 19, Q 111 add.]
I-12
|