e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Lozen

Overzicht

Gevonden: 668
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
ondeugend, stout stout: sto[u}t (Lozen) stout [ZND A2 (1940sq)] III-1-4
ontbijt morgenbrood: morgenbrood (Lozen) namen en uren van de dagelijkse maaltijden: morgen [ZND 18G (1935)] III-2-3
ooft appelschijven: apəlšy(3)̄və (Lozen), bakkemuizen: bakəmys (Lozen), gedroogde appels: gədryxdə apəl (Lozen) appelen in schijven of in stukken en gedroogd [ZND B2 (1940sq)] || peren, soms appelen in de oven gedroogd [ZND B2 (1940sq)] III-2-3
oor oor: ūr (Lozen) een oor [ZND A2 (1940sq)] III-1-1
op steigerhoogte stellinghoog: stɛleŋhuǝx (Lozen) Gezegd van metselwerk dat zover is gevorderd, dat men gebruik moet gaan maken van een steiger of de bestaande steiger moet gaan verhogen. [N 31, 46b; monogr.] II-9
op wacht op wacht: oͅp waxt (Lozen) op wacht [ZND A1 (1940sq)] III-3-1
opscheppen bluffen: blòffə (Lozen, ... ), groots gaan op: gry(3)tš guən op (Lozen, ... ), stoefen: stuffə (Lozen, ... ) pochen (zich op iets beroemen) [ZND B1 (1940sq)] III-1-4, III-3-1
optillen heffen: hø͂ͅffə (Lozen), opheffen: ophəffə (Lozen), oͅphəfə (Lozen) iets opheffen (tillen) [ZND B2 (1940sq)] || opheffen, tillen [ZND A1 (1940sq)] III-1-2
optoppen, oplangen een boom aanbinden: nǝ bǫwǝm ā.n˱benǝ (Lozen) De steiger verhogen door de staanders met behulp van palen, de zgn. 'optoppers', te verlengen. De optoppers worden door middel van touwen aan de staanders gebonden en ze rusten op een op de staander gespijkerde, houten klos. [N 32, 5a; monogr.] II-9
optopper verlengpaal: vǝrlɛŋpǭǝl (Lozen) Houten paal waarmee de staander wordt verlengd. De optoppers worden met touwen aan de staanders vastgebonden en rusten op houten klossen die op de staanders zijn bevestigd. Zie ook afb. 19. [N 32, 5b] II-9