e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q016p plaats=Lutterade

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
lies lies: lies (Lutterade) lies [SGV (1914)] III-1-1
liggen liggen: ligge (Lutterade) liggen [SGV (1914)] III-1-2
liguster liguster: WBD/WLD  leguster (Lutterade) De liguster; een struik van 1-4 m hoogte met grauwe opgerichte takken, heeft witte bloemen en zware kogelvormige erwt-grote bessen; zeer bekend als haagplant (merekenspalm, theeboom, mondhout, heggesering). [N 82 (1981)] III-4-3
lijkbaar lijkbaar: liekbaar (Lutterade) De lijkbaar [liechebaar, baar]. [N 96D (1989)] III-3-3
lijkbidder lijkbidder: lijkbidders (Lutterade) lijkbidders; wordt het overlijden aangezegd door de naaste buren of door lijkbidders? Hoe heten deze (aanzeggers, aansprekers, groeveneugers, uitingstneugers, lijkers, enz.)? (duidelijk vermelden of deze naam op de buren of op de lijkbidders slaat) [VC 03 (1937)] III-2-2
lijkboog lijkenboog: liekeboag (Lutterade) De in de kerk opgestelde boog bij een lijkdienst, lijkboog [doeëdeboaëg, boaëg]. [N 96D (1989)] III-3-3
lijkenhuisje lijkenhuisje: liekehuske (Lutterade), t liekehuske (Lutterade) Het gebouwtje op of bij het kerkhof, waar de lijkbaar staat en waar men vroeger zo nodig een lijk tijdelijk onderbracht [lijkenhuisje, liek(e)huuske, dodenhuisje, doeëdehuus-je?]. [N 96A (1989)] III-3-3
lijkwagen lijkenwagen: liekewage (Lutterade) de lijkwagen [doeëdewaan] [N 96D (1989)] III-2-2
lijn waar het spel begint schreef: sjreef (Lutterade) De lijn waar bepaalde spelen beginnen [meet, mark, schreef, schram, erke, aanbrak, ambrok, lambrak, doodmeet]. [N 88 (1982)] III-3-2
lijst met deelnemende duiven poulebrief: poolbreef (Lutterade) de lijst waarop elke liefhebber zijn deelnemende duiven laat inschrijven? [N 93 (1983)] III-3-2