19312 |
angst |
angst:
angs (Q016p Lutterade)
|
angst [SGV (1914)]
III-1-4
|
19819 |
anjer, anjelier (dianthus caryophyllus l.) |
violier:
-
fleer (Q016p Lutterade)
|
tuinanjer [SGV (1914)]
III-2-1
|
21251 |
anker |
anker:
anker (Q016p Lutterade),
aŋkǝr (Q016p Lutterade
[(Maurits)]
[Emma, Hendrik, Wilhelmina])
|
anker [SGV (1914)] || Een verticaal voor de ijzerbok geplaatst U-balkje dat voorzien is van een door de bok heen reikende dwarsstang. Deze stang kan aan de achterzijde van de bok met een plaat worden vastgezet. Het geheel voorkomt dat railstukken ten gevolge van de druk uitspringen en ongelukken veroorzaken. [N 95, 587]
II-5, III-3-1
|
28394 |
anthraciet |
anthraciet:
antrasit (Q016p Lutterade
[(Maurits)]
[Maurits])
|
Steenkool met minder dan tien procent vluchtige bestanddelen. [N 95, 468; N 95, 460; monogr.]
II-5
|
20698 |
appelmoes |
appelenprots:
(doffe o-klank).
appeleprotsj (Q016p Lutterade)
|
appelmoes [trot, trut] [N 38 (1971)]
III-2-3
|
21119 |
appels van de boom schudden |
schuddelen:
WBD/WLD
sjuddele (Q016p Lutterade)
|
Appels van de boom schudden (muiken). [N 82 (1981)]
III-2-3
|
24937 |
arduin, hardsteen |
blauwe steen:
(hievan woorte vreugen de vinsterlateien gemaak).
blauwe sjtein (Q016p Lutterade)
|
hardsteen, harde, meest blauwgrijze kalksteen, gebruikt voor stolpen, hoekstenen enz [arduin] [N 81 (1980)]
III-4-4
|
25272 |
are, maat van 100 m2 |
are:
aar (Q016p Lutterade)
|
de maat die een oppervlakte aangeeft van 100 vierkante meter [are] [N 91 (1982)]
III-4-4
|
33100 |
aren lezen |
zomeren:
zø̜̄mǝrǝ (Q016p Lutterade)
|
Het oprapen en verzamelen van de achtergebleven aren op het veld. Het was vroeger gewoonte de aren die op het pasgemaaide en geoogste veld achterbleven, te laten liggen, zodat behoeftigen deze konden verzamelen. Het was een vorm van armenzorg. [N 15, 35; JG 1a, 1b, 1c, 2c; L 39, 40; Lu 3, 6; R [s], 31; R 3, 68; monogr.; add. uit A 23, 16.2]
I-4
|
18239 |
armband |
armband:
ermbandj (Q016p Lutterade)
|
band- of ringvormig, gewoonlijk metalen sieraad dat om de arm of pols gedragen wordt [armband, bracelet] [N 86 (1981)]
III-1-3
|