20588 |
koffiedik |
grozelen:
grozele (Q016p Lutterade)
|
koffiedik [SGV (1914)]
III-2-3
|
28028 |
kolen, kool delven |
kolen losmaken:
koalǝ losmākǝ (Q016p Lutterade
[(Maurits)]
[Maurits]),
kool winnen:
koal wenǝ (Q016p Lutterade
[(Maurits)]
[Laura, Julia]),
loshakken:
loshakǝ (Q016p Lutterade
[(Maurits)]
[Emma]),
ontkolen:
ontkoalǝ (Q016p Lutterade
[(Maurits)]
[Emma])
|
De koollaag losmaken of loshakken met behulp van de hak, de luchthamer en de koolschaaf. De woordtypen "hameren", "loshameren", "pikken", "pikkelen", "piqueren", "steken met de piqueur", "lospiqueuren" en "afpiqueuren" zijn specifiek van toepassing op het werken met de luchthamer. [N 95, 500; N 95, 501; N 95, 502; N 95, 201; N 95, 202; N 95, 203; monogr.; Vwo 28; Vwo 441; Vwo 562; Vwo 597; Vwo 745 div]
II-5
|
27718 |
kolenkraan |
kolenkraan:
koalǝkrān (Q016p Lutterade
[(Maurits)]
[Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau II, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV])
|
[N 95, 37]
II-5
|
19634 |
kolenschop |
panneschup:
panǝšøp (Q016p Lutterade
[(Maurits)]
[Emma, Hendrik, Wilhelmina]),
platte schup:
platǝ šøp (Q016p Lutterade
[(Maurits)]
[Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau II, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV])
|
Schop, bestaande uit een korte steel met kruk en een betrekkelijk groot blad. Met dit type schop worden de losgemaakte kolen op de transportband of de schudgoot geschept. Door de onduidelijke vraagstelling van vraag N 95, 751 ("Hoe noemt u een platte schop?") en vraag N 95, 752 ("Hoe noemt u een panneschop?") is een aantal opgaven uit dit lemma mogelijkerwijs ook van toepassing op de steenschop. De composita waarvan het eerste lid verwijst naar een steenschop zijn bijeengeplaatst in het lemma Steenschop. [N 95, 752; N 95, 751; monogr.]
II-5
|
19467 |
kolenslik |
slam:
šlam (Q016p Lutterade
[(Maurits)]
[Maurits])
|
Nat kolenstof of kolengruis, gebruikt als brandstof. [N 95, 466; monogr.; Vwo 689; Vwo 709; Vwo 715]
II-5
|
28204 |
kolenstof |
stub:
štøp (Q016p Lutterade
[(Maurits)]
[Eisden])
|
Grof of fijn stof afkomstig van de kolen. Het komt vrij bij het schieten, boren, het losmaken van kolen en andere werkzaamheden in het ondergrondse gedeelte van de mijn. Omdat het kolenstof overbelasting van de longen kan veroorzaken, wordt het nadelig geacht voor de gezondheid. Het moet daarom zoveel mogelijk bestreden worden. Bij een bepaald percentage vluchtige bestanddelen in het kolenstof is het zeer explosief. [N 95, 769; monogr.]
II-5
|
28123 |
kolenval |
kolenval:
koalǝval (Q016p Lutterade
[(Maurits)]
[Emma, Hendrik, Wilhelmina])
|
Af- of instorting van kolen. Het gevaar van kolenval is in elke koollaag aanwezig maar het treedt meer op de voorgrond bij dikke lagen en bij goed gelaagde kolen. Door directe kolenval kwamen vaker ongevallen voor. [N 95, 888]
II-5
|
27714 |
kolenvoorraad |
kolendeputaat:
koalǝdepytāt (Q016p Lutterade
[(Maurits)]
[Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV])
|
Voorraad kolen die een mijn opslaat wanneer de produktie hoger is dan de verkoop. [N 95, 33; Vwo 749]
II-5
|
19615 |
kom |
komp:
komp (Q016p Lutterade)
|
kom [SGV (1914)]
III-2-1
|
17813 |
komen |
komen:
kŏmme (Q016p Lutterade)
|
komen [SGV (1914)]
III-1-2
|