23446 |
stolp over een heiligenbeeld |
stolp:
sjtolp (Q016p Lutterade)
|
Een stolp of stulp, een klokvormig glas over een kruis- of heiligenbeeld. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
28984 |
stolpen |
stolpen:
štolpǝ (Q016p Lutterade)
|
Het machinaal of met de hand aanstikken van belegsels, waarbij gekeerd wordt. [N 59, 60]
II-7
|
18843 |
stomverbaasd |
paf:
paf stoan (Q016p Lutterade),
verslagen:
verschlage (Q016p Lutterade)
|
verstomd [SGV (1914)] || zeer verbaasd [verpaft] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
21252 |
stoomboot |
stoomboot:
schtaumbooat (Q016p Lutterade)
|
stoomboot [SGV (1914)]
III-3-1
|
28911 |
stoomstrijkijzer |
stoomijzer:
štǫwmīzǝr (Q016p Lutterade)
|
Strijkijzer met water erin dat tijdens het strijken verdampt tot stoom die uit openingen in de zoolplaat komt, om het strijkgoed te bevochtigen. [N 59, 21d; N 59, 20]
II-7
|
28843 |
stootband |
stootband:
štoǝtbanjtj (Q016p Lutterade)
|
Band die dient tot versterking van bijvoorbeeld de onderzoom van een rok of onderkant van een broekspijp. [N 62, 58b; N 62, 58d; MW]
II-7
|
19397 |
stop |
stop:
sjtop (Q016p Lutterade)
|
Voorwerp dat een wastafel afsluit om te voorkomen dat het water wegloopt (stop, stopsel) [N 79 (1979)]
III-2-1
|
19698 |
stop voor fles of kruik |
stop:
schtop (Q016p Lutterade)
|
stop [SGV (1914)]
III-2-1
|
19376 |
stop, zekering |
zekering:
zekering (Q016p Lutterade)
|
Voorwerp dat elektrische stroom onderbreekt zodra die te sterk wordt (stop, plon) [N 79 (1979)]
III-2-1
|
33103 |
stoppels |
stoppelen:
štǫpǝlǝ (Q016p Lutterade),
stoppels:
štǫpǝls (Q016p Lutterade)
|
De stompjes halm die na het maaien op het veld overblijven en later worden ondergeploegd. Opvallend polymorfe meervoudsvorming. [N 6, 7; N 15, 52; JG 1a, 1b; L 7, 53; L 15, 23; Wi 51; monogr.]
I-4
|