28318 |
wagenvervoer met lieren |
vervoer met de lier:
vǝrvø̄r męt dǝ līr (Q016p Lutterade
[(Maurits)]
[Zolder])
|
Het verplaatsen van mijnwagens over korte afstand door middel van lieren. [N 95, 703]
II-5
|
28323 |
wagenvervoer met slepers |
vervoer met de slepers:
vǝrvø̄r męt dǝ šlēpǝrs (Q016p Lutterade
[(Maurits)]
[Maurits])
|
Het verplaatsen van mijnwagens met behulp van slepers. [N 95, 704]
II-5
|
21162 |
wagon |
wagon (<eng.):
wagon (Q016p Lutterade)
|
een spoorwagen [wagon, cabine] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
22685 |
waldhoorn |
waldhoorn:
waldhoare (Q016p Lutterade),
waldjhoarn (Q016p Lutterade)
|
Een muziekinstrument van opgerolde schors [toethoren, schalmei, waldhoren, fop, neppen, schermenei]. [N 90 (1982)] || Het blaasinstrument zonder ventielen, met een zachte toon [hoorn, waldhoorn]. [N 90 (1982)]
III-3-2
|
19477 |
walm |
kwalm:
kwalm (Q016p Lutterade)
|
dikke vettige damp of rook (walm, kwalm, blaak, zwalm, galm) [N 90 (1982)]
III-2-1
|
18692 |
wambuis |
wambuis:
wammes (Q016p Lutterade)
|
wambuis, kort tot het middel reikend overkledingstuk [wammes, buis, buist, sent] [N 23 (1964)]
III-1-3
|
17929 |
wandelen |
wandelen:
wanjele (Q016p Lutterade)
|
Wandelen: gemakkelijk en zonder zich in te spannen gaan (wandelen, kuieren, kachelen, tuinen). [N 84 (1981)]
III-1-2
|
27929 |
wandelondersteuning |
wandelend bouwwerk:
wanjǝlǝnt buwwerk (Q016p Lutterade
[(Maurits)]
[Eisden])
|
Moderne mechanische pijlerondersteuning, bestaande uit twee of drie paar scharnierend gekoppelde hydraulische stijlen. [N 95, 596; N 95, 608; N 95, 297]
II-5
|
28928 |
wanprodukt |
misstuk:
mesštøk (Q016p Lutterade)
|
Kledingstuk dat mislukt is. [N 59, 193]
II-7
|
18268 |
want |
want:
wante (Q016p Lutterade)
|
wanten, met duim maar zonder vingers [N 23 (1964)]
III-1-3
|