e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Maasbracht

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
ringhout ringhout: rēŋkhǭwt (Maasbracht) Het ronde hout waarop de steenkuip staat. Zie ook afb. 81. Het woorddeel ømeelŋ- is fonetisch gedocumenteerd in het lemma ɛmeelɛ.' [N O, 19b; Sche 49; Vds 145; Jan 152; Coe 133; Grof 154; A 42A, 36 add.; N D, 33 add.] II-3
ringrijden, ringsteken ringsteken: rinkstèke (Maasbracht) ringsteken [SGV (1914)] III-3-2
ringrups ringelrups: ringelroeps (Maasbracht) ringelrups, ringrups, kleurig gestreepte rups van de vlinder die zijn eitjes in een ring om de takken van bomen ne heesters legt [N 26 (1964)] III-4-2
riool riool: rioil (Maasbracht) riool [SGV (1914)] III-3-1
rit rit: rit (Maasbracht) rit [SGV (1914)] III-3-1
ritselen ritselen: ritsele (Maasbracht) ritselen [SGV (1914)] III-4-4
rochelen rochelen: rochele (Maasbracht), ròchele (Maasbracht) rochelen [SGV (1914)] || rochelen [klieke, kwalsteren, kwaaieren] [N 10a (1961)] III-1-2
rode aalbes miemerten: miemert (Maasbracht), rode miemer: roai miemer* (Maasbracht), rode miemerten: mv: -e  roai miemerte* (Maasbracht) [DC 13 (1945)]aalbes [SGV (1914)] I-7
rode biet kroot: krǫt (Maasbracht), rode kroot: rōi̯ kroat (Maasbracht) Beta vulgaris L. var. rubra L. Deze bietensoort hoort eigenlijk onder de groenten uit de moestuin, en daardoor in de aflevering over de boerderij en het erf, maar is toch hier ondergebracht vanwege "lexicale nabijheid" met biet, kroot. De knollen met een doorsnee van 8-10 cm worden gekookt en warm of koud als salade gegeten. De knollen en het kookvocht hebben een felle donkerpaarse kleur. [A 4, 26d; A 13, 2a; A 49, 1b; L 20, 26d; monogr.] I-5
rode bieten koolraben: kolrabe (Maasbracht), rode kroten: roaj kroaute (Maasbracht) rode bieten; Wanneer ze als groente voor het eten bestemd zijn en er wordt thuis gevraagd: "Wat eten we vandaag?"wat wordt er dan geantwoord? "We eten vandaag ............. [DC 49 (1974)] III-2-3