24927 |
petroleum |
petroleum:
pötrolium (L267p Maasbree),
petrolie:
petrolie (L267p Maasbree)
|
petroleum, minerale licht ontvlambare stof die vooral tot verlichting in lampen en als brandstof wordt gebruikt [petrol, peter-, stink-, bron-, brom-, gasolie] [N 81 (1980)]
III-4-4
|
20059 |
petunia |
petunia:
-
petunea (L267p Maasbree, ...
L267p Maasbree),
eigen spellingsysteem
petunia (L267p Maasbree, ...
L267p Maasbree)
|
[DC 60A (1985)] [N 92 (1982)]Petunia (petunia hybrida). Paarse, blauwe, rode, witte of gestreepte bloemen, ze worden als sierplanten gekweekt. De bloemkroon is groot, trechtervormig. Het zijn behaarde kruiden, kleverig op het gevoel door de talrijke klierharen (petunia, petertunneke, [DC 60a (1985)], [N 92 (1982)]
I-7, III-2-1
|
33569 |
peulerwten |
peulerwten:
Venlo e.o.
peulerte (L267p Maasbree),
sokkererwten:
WLD
sokkerert (L267p Maasbree)
|
De peulerwt; soort van erwt waarbij de hele vrucht gegeten wordt, ook de schil (sluimerwt, hauw(ke), peul, suikererwt, blie-erwt). [N 82 (1981)]
I-7
|
20572 |
peuzelen |
lekker smikkelen:
lekker smikkele (L267p Maasbree),
peuzelen:
peuzele (L267p Maasbree)
|
peuzelen; Hoe noemt U: Langzaam en met smaak eten (pluizen, peuzelen) [N 80 (1980)]
III-2-3
|
21734 |
pezerik |
pezerik:
pezerik (L267p Maasbree)
|
harde, gedroogde, holle spier of pektouw of touw met knopen als strafwerktuig [looiepees, pezerik, bullepees] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
18806 |
piekeren |
prakkiseren:
prakkezere (L267p Maasbree),
prakkezére (L267p Maasbree)
|
over zijn zorgen nadenken [mijmeren, dolleren, prakkezeren, praktiseren, dubben, dromen] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
24224 |
piepen |
piepen:
piepe (L267p Maasbree),
sjierpen:
sjierpe (L267p Maasbree)
|
een zacht piepend geluid geven, gezegd van vogels (sjirpen, tjilpen, tjerpen) [N 83 (1981)]
III-4-1
|
22424 |
pijl |
pijl:
piel (L267p Maasbree, ...
L267p Maasbree)
|
De dunne lichte staaf van hout met een scherpe punt die met een boog naar een doel wordt afgeschoten [pijl, bout, teit, straal, schicht]. [N 88 (1982)]
III-3-2
|
24777 |
pijlkruid |
pijlkruid:
-
pïelkroed (L267p Maasbree),
eigen spellingsysteem
piëlkroëd (L267p Maasbree)
|
pijlkruid [DC 60a (1985)] || Pijlkruid (sagittaria sagittifolia 30 tot 100 cm hoge plant. De stengels zijn driekantig; de bladeren zijn pijlvormig, de ondergedoken bladeren lintvormig, tevens stomp; de bloemen groeien in kransen van 3, eenslachtig vrouwelijk onderaan, 3-tallig, wit [N 92 (1982)]
III-4-3
|
17991 |
pijn |
pijn:
pin (L267p Maasbree)
|
pijn [RND]
III-1-2
|