e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Maasbree

Overzicht

Gevonden: 4847
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
beugelring beugelpoort: beugelport (Maasbree), poort: port (Maasbree) De ijzeren ring van de beugelbaan [beugel, poort, ring]. [N 88 (1982)] III-3-2
beuk beukenboom: beukembaum (Maasbree), -  beukeboum (Maasbree) beuk [SGV (1914)] || beuk (Fagus) [DC 39 (1965)] III-4-3
beukennootje beukennootje: -  beukenutjes (Maasbree) beukennootje [DC 39 (1965)] III-4-3
beurs onder de toren: onger den tore (Maasbree) De ruimte achter in de kerk, tussen de laatste bank en de deur van het kerkportaal [de beurs?]. [N 96A (1989)] III-3-3
bevallen een kindje krijgen: ein kiendje krīēge (Maasbree), kindje krijgen: kiendje kriege (Maasbree) Bevallen: een kind ter wereld brengen (bevallen, vallen, een kindje krijgen, kinderen winnen, omschudden, kopen). [N 84 (1981)] III-2-2
bevelen commanderen: kommandére (Maasbree), commanderen (<fr.): kommandére (Maasbree) iemand nadrukkelijk of met gezag opdragen iets te doen [heten, hieten, ordenen, bestellen, bevelen] [N 85 (1981)] III-1-4, III-3-1
bevruchte ooi geleid zijn (ww.): es gǝlęi̯t (Maasbree) [N 77, 35] I-12
bewerkelijk werk kerkenwerk: kerkewèrk (Maasbree) niet eenvoudig wat de bewerking betreft, veel tijd eisend [ruizig] [N 85 (1981)] III-1-4
bewerken van de duig voor het drogen bijsteken: bējstē̜kǝ (Maasbree) De duig na het klieven een eerste, ruwe bewerking geven met behulp van de kuipersbijl en het kapmes. Het hout is dan nog zacht en daardoor makkelijker te bewerken dan gedroogd hout. [N E, 12; N E, 13a] II-12
bewieroken wieroken: wiereke (Maasbree) Wieroken, bewieroken [wiereke?]. [N 96B (1989)] III-3-3