e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Maasbree

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
voorde, doorwaadbare plaats voorde: voort (Maasbree) de plaats waar een weg door een beek of een riviertje gaat, de plaats waar die beek doorwaadbaar is (voorde, voord) [N 90 (1982)] III-4-4
voorgeborchte voorgeborchte: veurgeborchte (Maasbree) Het voorgeborchte van de hel [vörgebörchte]. [N 96D (1989)] III-3-3
voorhamer voorhamer: vø̄rhāmǝr (Maasbree) Zware ijzeren hamer met een lange steel die wordt gebruikt om breuksteen stuk te slaan. Zie ook afb. 13. [N 30, 18c] II-9
voorhuid velletje: vèlke (Maasbree) voorhuid van de penis [N 10c (1995)] III-1-1
voorjaarszonnebloem els: -  els (Maasbree) Voorjaarszonnebloem (dronicum oriëntale). De stengel is soms wel 1 m hoog. De bladeren zijn toegespitst eivormig, de stengel omvattend; de korfjes 37 tot 50 mm, geel gekleurd (sluiterke, kleine zonnebloem, reebokkruid, gemzewortel).(Doronicum oriëntale Ho [DC 60a (1985)] III-2-1
voornemen plan: plan (Maasbree) wat men zich voorgenomen heeft, een plan [opzet, voornemen, plan] [N 85 (1981)] III-1-4
voornemens zijn van zins zijn: van zins (Maasbree), voorhebben: veur hebbe (Maasbree) van plan zijn, het voornemen hebben [getijd zijn/hebben, betijd hebben, vörgers zijn] [N 85 (1981)] III-1-4
vooroverduikelen tuimelen: tømele (Maasbree) tuimelen [SGV (1914)] III-1-2
voorraad voorraad: veurraod (Maasbree, ... ) de hoeveelheid goederen die in een winkel aanwezig is om te verkopen [voorraad, reserve, mörske] [N 89 (1982)] III-3-1
voorschoot scholk: sxǫlǝk (Maasbree), werksloof: węrkslōf (Maasbree) De voorschoot van leer, zwaar blauw linnen of katoenen stof, die de schoenmaker bij het werk draagt. [N 60, 220a] II-10