e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Maasbree

Overzicht

Gevonden: 4847
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
deur deur: dør (Maasbree) [rnd 109; S 6; L 1 a-m; L 12, 5; L A2, 265; monogr.; Vld.; div.] II-9
deurwaarder deurwaarder: deurwaarders (Maasbree) de ambtenaar bij de rechtbank die belast is met de dienst op de terechtzittingen, het doen van aanzeggingen [bijv. van belastingschuld enz. [vorster, deurwaarder] [N 90 (1982)] III-3-1
diarree dunne, de -: aan d`n dunne zien (Maasbree), Diarree. aan d`n dunne zien.  aan d`n dunne zien (Maasbree), fledder: Diarree; aan d`n dunne zien.  fleddere (Maasbree), schijt: aan de schiët zien (Maasbree), schijterij: schēīterie (Maasbree) Diarree, buikloop (dunne, pruts). [N 84 (1981)] || ontlasting hebben [afgon, leutere, driete, zijn gevoeg doen] [N 10c (1995)] III-1-2
diarree hebben aan de dunne (zijn): ān dǝn dønǝ (Maasbree), aan de schijt (zijn): ān dǝ sxīt (Maasbree) Te dunne ontlasting hebben, buikloop. [N 76, 51b; N 76, 51a] I-12
dichtbinden toesnoeren: tusnōrǝ (Maasbree) Het met touw dichtbinden van de veteropening, voordat men begint met overhalen. Zie ook het lemma overhalen. [N 60, 82] II-10
dichtingsmateriaal pap van lijnzaadmeel: pap ˲van lēzǝsmē̜l (Maasbree) De verschillende materialen die naast biezen en lissen worden gebruikt om kieren en naden in vaten en kuipen dicht te maken. Diverse respondenten maken melding van een papje dat van meel werd gemaakt en na droging hard werd. [N E, 54a; N E, 55] II-12
dief dief: deef (Maasbree), dēēf (Maasbree) dief [SGV (1914)] || een dief die op behendige, listige wijze te werk gaat [gauwdief, schelm] [N 90 (1982)] III-3-1
dienblad dienblaadje: dēnblɛtjə (Maasbree) dienblad [DC 27 (1955)] III-2-1
dienst dienst: dinst (Maasbree) dienst [SGV (1914)] III-1-4
dienst van goede vrijdag houteren mis: höltere mès (Maasbree) De "houten mis", de Goede Vrijdagdienst [hultsere Maes]. [N 96C (1989)] III-3-3