| 33826 |
goed uit de weg kunnend |
vierkantig:
vērkentjex (L372p Maaseik)
|
Gezegd van een paard dat goed te been is. [N 8, 64d]
I-9
|
| 33919 |
goedaardige droes |
droes:
dros (L372p Maaseik),
drø̄s (L372p Maaseik)
|
Een infectieziekte in de keelstreek die vooral jonge paarden aantast. Tussen de besmetting en het uitbreken van de ziekte verloopt ongeveer èèn week. Dan treedt koorts op, gepaard met ontsteking van het neusslijmvlies, waarbij veel slijm wordt afgescheiden, dat na enkele dagen etterig wordt. Typisch voor deze ziekte is de klierzwelling tussen de beide takken van de onderkaak; snel wordt de gezwollen klier dan week, verettert en breekt door. Gewoonlijk verloopt de ziekte goedaardig. [A 48A, 28b; N 8, 89 en 90a; N 52, 15b, 24 en 25; monogr.]
I-9
|
| 34120 |
goede vleeskoe |
billenman:
belǝmān (L372p Maaseik),
klasbeest:
klasbis (L372p Maaseik)
|
Breedgebouwde en goed in het vlees zittende koe. [N 3A, 141b]
I-11
|
| 33024 |
goede- opbrengst geven |
(goed) schieten:
sxitǝ(n) (L372p Maaseik),
bijbrengen:
(volt dlw)
bei̯gǝbrax (L372p Maaseik)
|
Werkwoordelijke uitdrukking van het vorige lemma "de oogst levert goed op", "staat er goed voor". Zeer algemene uitdrukkingen als "(de oogst) staat goed" of "(de oogst) staat schoon" zijn hier niet opgenomen. Vergelijk ook het lemma ''groeien'' (1.1.4). [N 15, 12; monogr.; add. uit N 15, 10 en 11; L 5, 39; L 39, 39]
I-4
|
| 19102 |
goedheid |
goedheid:
ook materiaal znd 24, 20
gooteit (L372p Maaseik),
goedigheid:
ook materiaal znd 24, 20
gōtĭgējt (L372p Maaseik),
ook materiaal znd 24, 20 met accent aigue op de o
gōticheit (L372p Maaseik)
|
goedheid [ZND 01 (1922)]
III-1-4
|
| 21326 |
goedkoop |
goedkoop:
d ĕs gōjəkoup (L372p Maaseik),
dèt is goodkaup (L372p Maaseik),
gooie kaup (L372p Maaseik)
|
Dat is goedkoop [ZND 24 (1937)] || goedkoop [ZND 01 (1922)]
III-3-1
|
| 21512 |
goedkoopst |
bestekoop:
bestekoup (L372p Maaseik),
bĕstəkoup (L372p Maaseik)
|
goedkoopst [ZND 24 (1937)]
III-3-1
|
| 22657 |
goedkoopste rang in een schouwburg |
balkon:
op `t balkon (L372p Maaseik)
|
de goedkoopste rang in een schouwburg [uilekot] [N 112 (2006)]
III-3-2
|
| 21477 |
goedkoper |
beterkoop:
bīətərkoup (L372p Maaseik),
bêterkoup (L372p Maaseik)
|
goedkoper [ZND 24 (1937)]
III-3-1
|
| 18954 |
goedzak |
floets:
ook materiaal znd 24, 22
flŭjts (L372p Maaseik),
goede lobbes:
gooie löbbes (L372p Maaseik),
goede slob:
ook materiaal znd 24, 22
gooie sloep (L372p Maaseik),
goedzak:
ook materiaal znd 24, 22
go-ətzak (L372p Maaseik),
sijs:
ook materiaal znd 24, 22
sijs (L372p Maaseik)
|
goedzak [ZND 01 (1922)]
III-1-4
|