19961 |
vrouwelijke hond, teef |
teef:
teef (L372p Maaseik),
tiəf (L372p Maaseik)
|
teef [Goossens 1b (1960)] || teef, vrouw. hond [Goossens 2c (1963)]
III-2-1
|
20124 |
vrouwelijke kat |
moer:
mōr (L372p Maaseik)
|
moerkat, vrouwelijke kat [Goossens 1b (1960)]
III-2-1
|
34473 |
vrouwelijke kip |
hen:
hen (L372p Maaseik),
hoen:
hōn (L372p Maaseik),
ōn (L372p Maaseik),
tiet:
tī.t (L372p Maaseik)
|
De hen is het wijfje van het tamme huishoen. [N 19, 37; Wi 13; Wi 14; Wi 17; NE II, 10; Gwn 5, 14; A 11, 1c; A6, 1b; L 6, 20a; L 22, 22; L 28, 35; L 42, 5; L 33, 20; L 34, 12; L 34, 13; JG 1a, 1b; S 14; L 1a-m; Vld.; monogr.]
I-12
|
18672 |
vrouwenkleren |
vrouwenkleren:
vroͅuwəkleͅijər (L372p Maaseik),
vrouwluikleren:
vrouwliej kleijjer (L372p Maaseik)
|
vrouwenkleren [t vrouwendinge, de schörte] [N 23 (1964)] || Vrouwenkleren. [DC 62 (1987)]
III-1-3
|
18576 |
vrouwenondergoed |
lingerie:
lingerie (L372p Maaseik),
vrouwluiondergoed:
vrouwliej ongergood (L372p Maaseik),
vrouwlujongergood (L372p Maaseik),
vrouwlujòngergood (L372p Maaseik)
|
Ondergoed voor vrouwen. [DC 62 (1987)] || Vrouwenondergoed [ook: lingerie, linergie?] [N 114 (2002)]
III-1-3
|
18598 |
vrouwenonderhemd? |
vrouwluihemd:
vrouwliej humme (L372p Maaseik),
vroͅulihümə (L372p Maaseik)
|
onderhemd voor vrouwen [N 25 (1964)] || Onderhemd voor vrouwen. Hoe noemt men in uw dialect het hemd dat onder de bovenkleding wordt gedragen, direct op het lichaam: van vrouwen? [DC 62 (1987)]
III-1-3
|
20467 |
vrouwziek |
scherp:
sjerp (L372p Maaseik)
|
vrouwziek [keeterig] [N 10C (zj)]
III-2-2
|
33681 |
vruchtbare grond |
drek:
drɛk (L372p Maaseik),
landbouwgrond:
lantbuwgront (L372p Maaseik)
|
Grond van een dergelijke samenstelling dat de groei van de geteelde gewassen er gunstig door wordt beïnvloed en die gunstig reageert na bemesting. Goede grond die geschikt is voor de teelt. [N 27, 28; N 27, 29; N 27, 30]
I-8
|
21584 |
vruchtgebruik |
vruchtgebruik:
vreuggebreuk (L372p Maaseik)
|
hoe heet het levenslang vruchtgebruik van een goed bv. van een huis ? [ZND 32 (1939)]
III-3-1
|
17658 |
vuist |
vuist:
vuəs (L372p Maaseik)
|
vuist [N 10 (1961)]
III-1-1
|