e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q095p plaats=Maastricht

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
gregoriaans gregoriaans: greegoriaans (Maastricht), gregoriaans (Maastricht, ... ), gregoriaons (Maastricht), ut greegooriāāns (Maastricht) Gregoriaans, gregoriaanse gezangen. [N 96B (1989)] III-3-3
gregoriaanse misgezangen gregoriaanse gezangen: gregoriaanse gezenge (Maastricht), gregoriaons(e) gezange (Maastricht) Gregoriaans, gregoriaanse gezangen. [N 96B (1989)] III-3-3
greinstok graanstek: grā.nstɛk (Maastricht) Stok met groeven, aan het schoen bevestigd om dat te kunnen verstellen en zo de graantoevoer te kunnen regelen. [N O, 19m; Vds 151; Jan 158; Coe 139; Grof 160; N O, 14n] II-3
grendel grendel: grɛndǝl (Maastricht), schoude: šau̯ (Maastricht), šø̜u̯ (Maastricht), šāu̯ (Maastricht), šǫu̯ (Maastricht), šǭu̯ (Maastricht) Opgenomen zijn de benamingen voor een schuifgrendel in het algemeen. Het materiaal liet niet toe na te gaan of er mogelijk verschil in benamingen is tussen een ronde of een platte grendel. In P 211 is een grendel rond en een schaaf plat, in Q 196 is een schoude plat. Voor andere plaatsen is een dergelijk onderscheid niet onwaarschijnlijk. Onder het woordtype schoude zijn enkele op -x-auslautende vormen geplaatst die wellicht ook verband houden met onder schaaf geplaatste vormen. Niet met zekerheid kon worden nagegaan of er sprake was van een wisseling f - g (schaaf) of van j - g (schoude). Onder vregel moet wel een draaibare grendel worden verstaan; onder sloop een grote, zware grendel en onder veter een hangslot. [N 7, 47; L 6, 50; L 35, 86; div.; monogr.] I-6
grens grens: grens (Maastricht, ... ), grēns (Maastricht), grèns (Maastricht), Algemene opmerking bij deze vragenlijst: deze lijst heb ik letterlijk, zoals invuller het genoteerd heeft overgenomen!  grèns (Maastricht) de lijn die het gebied van een staat aangeeft [grens, linie, reem] [N 90 (1982)] III-3-1
grenslijn reen: Van Dale: reen, (gew.) grens tussen twee akkers of percelen.  rein (Maastricht), scheiding: sjeijing (Maastricht) de scheiding tussen twee rechtsgebieden [ree, reen] [N 90 (1982)] III-3-1
grenzen aaneengrenzen: aonein grenze (Maastricht), aaneenliggen: aoneinliGə (Maastricht), aaneensluiten: aonein slete (Maastricht), grenzen: grens (Maastricht), grenze (Maastricht, ... ), grènzə (Maastricht), neveneenliggen: neevənein (Maastricht), reinen: reine (Maastricht), reinən (Maastricht), rēīnə (Maastricht), reinen aan: reine əon ... (Maastricht), tegenaan grenzen: tegenein aon grense (Maastricht) tegen elkaar liggen, gezegd van stukken land of staten [grenzen, renen] [N 91 (1982)] III-4-4
griep griep: griep (Maastricht, ... ), influenza: influenza (Maastricht, ... ) Griep. Hoe noemt men tegenwoordig een zware verkoudheid met koorts? [DC 30 (1958)] III-1-2
griesmeel semoule (fr.): E pöddingske van semoel Fr. semoule  semoel (Maastricht) griesmeel III-2-3
griesmeelpudding griesmeelpap: griesmeelpap (Maastricht) brij; Hoe noemt U: Half vast, half vloeibaar gekookt gerecht van een heel of half gemalen graansoort (gort of meel) of rijst (brij, kwet, prol, pap) [N 80 (1980)] III-2-3