e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q095p plaats=Maastricht

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
papier papier: pəmpīr (Maastricht), pəpīr (Maastricht) papier [ZND m] III-3-1
papperig, opgeblazen persoon papjannes: papjannes (Maastricht), papzak: poepzak (Maastricht), pòpzak (Maastricht), vet varken: vèt verreke (Maastricht) dik, pafferig [maf] [N 10 (1961)] || opgeblazen van lijf [poesterig] [N 10 (1961)] III-1-1
paradijs paradijs: paradies (Maastricht, ... ), paredies (Maastricht) Het Paradijs [et paredies]. [N 96D (1989)] III-3-3
paramentwerk schoon werk: šun wɛrǝk (Maastricht) Het metselen met uitgezochte stenen die zuiver in verband worden geplaatst. De metselstenen die men in een dergelijk geval gebruikte, werden in L 382 'voorwerkers' ('vø̄rwerǝkǝrs'), in Q 90 'façadebrikken' ('fasāt˱brekǝ') en in Q 3 'eerste keus' ('īrstǝ kø̄s') genoemd. Zie ook de lemmata 'Voorwerkers' en 'Koppenlat'. [N 31, 25] II-9
paraplu paraplu: perreplu (Maastricht, ... ), perreplun (Maastricht), perrepluuj (Maastricht, ... ), perrəplü (Maastricht), regenscherm: niet veel gebruikt  regensjerm (Maastricht), tompouce (<fr.): tompoes (Maastricht) paraplu [N 23 (1964)], [ZND m] || paraplu: regenscherm || Tom Pouce: korte damesparaplu III-1-3
parel parel: [Soms ook perel]  pèrrel (Maastricht) parel III-1-3
parelen borrelen: bōrələ (Maastricht), bruisen: broesje (Maastricht), opborrelen: opborrele (Maastricht), parelen: perele (Maastricht, ... ), perelen (Maastricht), sprenkelen: sprinkele (Maastricht) parelen; Hoe noemt U: Opstijgen van luchtbelletjes in drank (parelen, kriezelen, grinselen) [N 80 (1980)] III-2-3
parfum odeur (fr.): odeur (Maastricht, ... ), oodēūr (Maastricht), parfum: parfum (Maastricht, ... ), parfuum (Maastricht), parfö (Maastricht), parfûm (Maastricht), pārfö (Maastricht), perfum (Maastricht), pàrfum (Maastricht) reukstof in geconcentreerde vorm [parfum, odeur] [N 86 (1981)] III-1-3
parian parian: pǝrjɛn, pǝrjɛm (Maastricht) Soort van porseleinmassa waarvan beeldjes worden geproduceerd. [monogr.] II-8
parlevinker parlevinker: paarləvinkər (Maastricht), parelevinker (Maastricht), parlevinker (Maastricht, ... ), parləvinkər (Maastricht), pārləvīnkər (Maastricht), pàrləveengkər (Maastricht) het bootje van een koopman te water [parlevinker, ventjager] [N 90 (1982)] III-3-1