e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q095p plaats=Maastricht

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
priester gewijd worden gewijd worden: gewijd weurde (Maastricht), priester gewijd worden: priester gewijd weure (Maastricht) Priester gewijd worden. [N 96D (1989)] III-3-3
priesterfeest priesterfeest: priesterfees (Maastricht), priesterfeest (Maastricht, ... ) Een priesterfeest. [N 96D (1989)] III-3-3
priesterkoor koor: koer (Maastricht), kōēr (Maastricht), t koer (Maastricht), oostkoor: ooskoer (Maastricht), priesterkoor: priesterkoer (Maastricht, ... ), t priesterkoer (Maastricht) Het achter de communiebanken gelegen, verhoogde voorste deel van de kerk, waar het hoofdaltaar en de koorbanken zich bevinden [koor, koeër, hoogkoor, priesterkoor?]. [N 96A (1989)] III-3-3
priestersteek met ronde luifel steek: steek (Maastricht, ... ) priestersteek met ronde luifel [N 25 (1964)] III-3-3
priesterwijding priesterwijding: priesterweijing (Maastricht), priesterwijding (Maastricht), priesterwijjing (Maastricht) De Priesterwijding. [N 96D (1989)] III-3-3
prijzen (mv.) prijzen: prɛ.izə (Maastricht) prijzen (mv.) [RND] III-3-2
prikkeldraad pindraad: pendrǭt (Maastricht), puntdraad: pøntdrǭt (Maastricht), tankelendraad: taŋkǝlǝndrǭt (Maastricht) Twee- of driedraads gevlochten ijzerdraad van scherpe punten voorzien waarmee men een weide of een stuk grond afspant. [N M, 6b; N M, 6a; L 40, 73; JG 1b; L 32, 45 add.; Vld.; Gwn 16, 11; A 25, 4f; A 25, 8 add.; monogr.] I-8
priktol dop: dop (Maastricht, ... ), doͅp (Maastricht), De klóts en de peel vaan dn -: het kegelvormig lichaam en de pin van de dop.  dop (Maastricht), kokkerel: Sub konkernol: M. kòkerel. [vgl. pag. [0]: M. = Maastrichtsch]  kòkerel (Maastricht) Dop: c) tol inz. werp-, priktol. || Gewone tol (die met een koord wordt geslingerd). [ZND 01u (1924)] || Hoe noemt men een dergelijk stuk speelgoed dat in beweging wordt gebracht met behulp van een touwtje dat er omheen wordt gedraaid? [priktol] [DC 24 (1953)] || Kornoelje en priktol. III-3-2
primula primula: prĭĕmŭŭla (Maastricht) Welke dialectbenamingen hebt u voor verschillende vaste planten: primula vulgaris (stengelloze sleutelbloem) [N 73 (1975)] III-2-1
proberen beloeren: beloere (Maastricht), proberen: perbeere (Maastricht), perbere (Maastricht, ... ), probeerə (Maastricht), probere (Maastricht, ... ), proobeerə (Maastricht), pérbeerə (Maastricht), pərbeerə (Maastricht, ... ), pərbēērə (Maastricht), proef nemen: proof neume (Maastricht) een proef nemen met of van [proberen, verzoeken, bezien] [N 85 (1981)] || proberen || proberen: Als hij kans ziet zal hij - je te bedriegen [DC 35 (1963)] III-1-4