e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Maastricht

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
consecratiekaars consecratiekaars: Consecratie-keers (Maastricht), kònsəkraasiekeers (Maastricht) De consecratiekaars. [N 96B (1989)] III-3-3
contrefort pilaster: pilastǝr (Maastricht), steunbeer: stø̄nbēr (Maastricht) Vooruitspringende steunbeer of schraagpijler om het muurwerk te verstevigen en om eventuele druk van de tegengestelde kant, bijvoorbeeld veroorzaakt door de aanwezigheid van gewelven, weerstand te bieden. Zie ook afb. 31. In L 271 kende men steunberen die recht, schuin en trapsgewijze waren uitgevoerd. [N 31, 49; monogr.] II-9
controleren schouwen: šǫwǝ (Maastricht) [Coe 76; Grof 48] II-3
cornage cornard (adj., fr.): kǫrnart (Maastricht) Cornage of chronische dempigheid is kwaadaardiger dan dempigheid. Ze is ongeneeslijk. De doorstroming van de lucht wordt belemmerd door een vernauwing van het strottenhoofd, veroorzaakt door een verlamming van de zenuwen die de stembanden bedienen. De in- en uitademing gaat gepaard met een piepend geluid. [JG 1b; A 48A, 38b; N 8, 87 en 88; N 52, 24 en 25; monogr.] I-9
corpus christus: cristes (Maastricht), corpus (lat.): corpus (Maastricht, ... ), kòrpəs (Maastricht), kórrèpus (Maastricht), corpus christi (lat.): korpus christi (Maastricht) Het corpus, de Christusfiguur van een kruisbeeld. [N 96B (1989)] III-3-3
coupeur coupeur: kupø̜r (Maastricht) Knipper of kleermaker die de maat neemt en de stof snijdt. [N 59, 197b] II-7
credenstafel credens (<it.): kredens (Maastricht, ... ), credenstafel: credenstaofel (Maastricht), dientafel: de deen-taofel (Maastricht) De dientafel links en rechts op het priesterkoor, waarop de benodigdheden voor de Mis gereed gezet worden [credens(tafel)]. [N 96A (1989)] III-3-3
credo credo (lat.): credo (Maastricht, ... ), de kreedo (Maastricht), kreedoo (Maastricht) De gebeden of gezongen geloofsbelijdenis, het Credo. [N 96B (1989)] III-3-3
crimineel crimineel: kreͅməne.l (za:t) (Maastricht) crimineel [ZND 01 (1922)] III-3-1
crocus (crocus vernus l.) krokusje: Spelling: \"fonetisch\  krookəsjəs (Maastricht) Crocus (crocus vernus). De bloemen zijn paars, geel, wit of gestreept. De bladeren zijn iets korter dan de bloem, donkergroen met een brede witte streep in het midden. Bloemen alleen of bij paren, omgeven door 1 schedeblad, de bloemen en bladeren zijn ing [N 92 (1982)] III-2-1