e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Maastricht

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
eerlijk eerlijk: ierelik (Maastricht), ierlek (Maastricht), ierlijk (Maastricht), ierlik (Maastricht, ... ), ierluk (Maastricht), ierlək (Maastricht), ierəlijk (Maastricht), īērlək (Maastricht), oprecht: oprech (Maastricht, ... ), rechtuit: rechoet (Maastricht) eerlijk: Jullie moeten die snoepjes - delen [DC 39 (1965)] || zonder leugen en bedrog [treffelijk, eerlijk] [N 85 (1981)] III-1-4
eerlijk in het spel eerlijk: ierlik (Maastricht, ... ), īrlək (Maastricht, ... ), fair (eng.): fair (Maastricht) Eerlijk in het spel [reins, greins, eerlijk]. [N 88 (1982)] III-3-2
eerste baardharen baardharen: baardhaore (Maastricht), dons: dōns (Maastricht), dőőns (Maastricht), duivelsharen: duvelshaore (Maastricht), nesthaar: nèèshaor (Maastricht), nestharen: nèshaore (Maastricht) baardharen, eerste ~ [muggebeen, duivelshaar] [N 10 (1961)] III-1-1
eerste communie eerste communie (<lat.): ierste kmunie (Maastricht), eerste heilige communie (<lat.): ierste heilige communie (Maastricht), ierste hèllege kemunie (Maastricht) De eerste H. Communie. [N 96D (1989)] III-3-3
eerste hooioogst eerste snede: eerste snede (Maastricht) Hier zijn opgenomen de benamingen van de eerste hooioogst die zijn opgegeven in tegenstelling tot die voor de tweede hooioogst; wanneer de opgave hetzelfde was als die voor hooi in het algemeen, is deze niet hier, maar bij het lemma ''hooi'' ondergebracht. Zie de algemene toelichting bij deze paragraaf. [N 14, 128a] I-3
eerste mis van de neomist eerste heilige mis: ierste h mès (Maastricht, ... ), eerste mis: ierste mès in de perochiekerk (Maastricht) De eerste H. Mis van de Neomist in de parochie van herkomst [priemiets, ieësjte maes]. [N 96D (1989)] III-3-3
eerste opbod opbod: opbod (Maastricht), provisionele veiling: provisioneel veiling (Maastricht) de eerste verkoping i.v.m. een openbare verkoping van onroerende goederen, waarbij bij opbod wordt geboden [den inzet?] [N 21 (1963)] III-3-1
eerste pas eerste pas: irstǝ pas (Maastricht) De eerste, ruwe pas waarvoor het colbert geheel in elkaar moet worden geregen zonder voering. Volgens de informant van K 361 is er maar één pas. [N 59, 76a] II-7
eerste rij schoven van het dorsbed onderligger: ōndǝrle̜qǝr (Maastricht) De meest gebruikelijke inrichting van het dorsbed bestaat uit één lange rij schoven, in de lengterichting van de dorsvloer achter elkaar gelegd, en daarop een tweede laag die bestaat uit twee rijen, met de koppen van de schoven naar elkaar toegekeerd, zodat de aren op de eerste, ondersterij rusten. In dit lemma staan de benamingen van de eerste, onderliggende rij bijeen, die in lengterichting achter elkaar liggen. Opmerkenswaard (en elders ongebruikelijk) is hetgeen de zegsman van L 330 opgeeft: "drie of vier schoven werden losgemaakt en uitgespreid over de dorsvloer voordat het eigenlijke bed van twee rijen schoven met de koppen naar elkaar toe werd gelegd". Voor de fonetische documentatie van de woord(delen) [bed] en [brei], zie het lemma ''dorsbed, de laag schoven op de dorsvloer'' (6.1.16). Zie ook afbeelding 11, a.' [N 14, 17a; JG 1c, 2c; monogr.] I-4
eerste zondag van de vasten eerste zondag: den ierste zoondag (Maastricht), eerste zondag van de vasten: ierste zoondaag vaan de vaste (Maastricht) De eerste zondag van de vasten (Fakkelzondag, walmenzondag). [N 96C (1989)] III-3-3