e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Maastricht

Overzicht

Gevonden: 8094
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
ampullen ampullen (<lat.): ampulle (Maastricht, ... ), ampulle, ampölle (Maastricht), ampŭllə (Maastricht), ampölle (Maastricht, ... ), ampülle (Maastricht), water- en wijnkannetje: water- en wienkenneke (Maastricht) Het water- en het wijnkannetje die in de mis gebruikt worden, ampullen [pölle?]. [N 96B (1989)] III-3-3
andere damesschoenen damesschoen: damessjeun (Maastricht), molire (fr.): molières (Maastricht), pumps (eng.): pùmps (Maastricht) damesschoenen; inventarisatie overige soorten; betekenis/uitspraak [N 24 (1964)] III-1-3
andere hoeden petoetertje: petutterke (Maastricht) [petutterke*]: oud-modisch model van een vrouwenhoed III-1-3
andere nachtkleding: bedsloffen bedsloffen: bedsloffe (Maastricht) nachtkleding: inventarisatie overige soorten; betekenis/uitspraak [N 25 (1964)] III-1-3
andere nachtkleding: nachtjas slaapjak: slo:pjak (Maastricht) jak [ZND 01 (1922)] III-1-3
andere soorten regen morgensregen: morgenregen  mörregesrege (Maastricht) morgenregen III-4-4
andere soorten sneeuw grote vlokken: dikke vlokken  groetə vlókkə (Maastricht), poolsneeuw: bevroren sneeuw  poolsnie (Maastricht), sneeuw in kleine vlokjes: kleine vlokjes  en klein vlòkskəs (Maastricht), vlokken: grote vlokken  vlokke (Maastricht), wintersneeuw: bevroren sneeuw  winter snie (Maastricht) verschillende soorten sneeuw [spuwsneeuw, watersneeuw] [N 81 (1980)] III-4-4
andijvie andijvie: andievie (Maastricht, ... ), andivie (Maastricht) [DC 11 (1942)] [DC 69 (1994)] [ZND 01 (1922)] [ZND 32 (1939)]andijvie || Hoe noemt u: andijvie (chichorum Endivia - fam. compositae), (andievie, kruisandijvie, krolandijvie) [N 71 (1975)] I-7, III-2-3
angel angel: aŋǝl (Maastricht) Het verdedigingsmiddel van de bij dat zich aan het achterlijf bevindt. Het is een scherp, hol spiesje, van weerhaakjes voorzien en verbonden met een gifblaasje. Hiermee steken moer en werkbij. De dar mist dit wapen. [N 63, 73a; L 32, 26; JG 1a+1b; monogr.] II-6
angel van bij of wesp angel: aangel (Maastricht, ... ), angel (Maastricht), ángel (Maastricht), Endepols  aangel (Maastricht), angel (Maastricht, ... ), ideosyncr.  angel (Maastricht), WBD/WLD  aangel (Maastricht), aangəl (Maastricht), āāngəl (Maastricht), àngəl (Maastricht), WLD  aangel (Maastricht), aangəl (Maastricht), àn-gəl (Maastricht), angeltje: èngelke (Maastricht) angel, van bij of wesp [ZND 32 (1939)] || Hoe noemt u het orgaan waarmee bijen en wespen steken (angel) [N 83 (1981)] III-4-2