24625 |
lindebloesem |
lindebloei:
lindebleui (Q095p Maastricht)
|
lindebloesem
III-4-3
|
21478 |
liniaal |
lat:
lat (Q095p Maastricht),
liniaal:
lieniejaal (Q095p Maastricht),
lieniejààl (Q095p Maastricht),
lienjaol (Q095p Maastricht),
liniaal (Q095p Maastricht),
regel:
reegəl (Q095p Maastricht, ...
Q095p Maastricht),
regel (Q095p Maastricht, ...
Q095p Maastricht,
Q095p Maastricht,
Q095p Maastricht),
reigəl (Q095p Maastricht),
Algemene opmerking bij deze vragenlijst: deze lijst heb ik letterlijk, zoals invuller het genoteerd heeft overgenomen!
reechəl (Q095p Maastricht)
|
een dunne rechte lat met een maatverdeling om er lijnen langs te trekken [liniaal, linie, regel, regelet] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
33765 |
linkerkant van het paard |
linkerflank:
leŋkǝrflāŋk (Q095p Maastricht)
|
Kant waar de voerman het paard leidt. [N 8, 9 en 10]
I-9
|
34090 |
linkervoorkwartier |
voorste vierdel links:
vø̄rstǝ vidǝl leŋks (Q095p Maastricht)
|
Het kwartier van de uier links voor. In de vraagstelling stond erbij wat betreft de positie van de kwartieren "van achteren gezien". [N 3A, 116a]
I-11
|
17867 |
links, linkshandig |
links:
līnks (Q095p Maastricht),
linkshandig:
linkshandig (Q095p Maastricht),
linkshendig (Q095p Maastricht)
|
iemand die meestal zijn linkerhand gebruikt: hij is... [ZND 37 (1941)] || Zegt men van iemand die bij voorkeur zijn linker hand gebruikt: Hij is ... [DC 50 (1975)]
III-1-2
|
17869 |
linkshandig persoon |
linkse, een -:
ene līnkse (Q095p Maastricht),
linkshandige, een -:
linkshandige (Q095p Maastricht),
linkshendige (Q095p Maastricht)
|
iemand die meestal zijn linkerhand gebruikt: het is een ... [ZND 37 (1941)] || Zegt men van iemand die bij voorkeur zijn linker hand gebruikt: Het is een ... [DC 50 (1975)]
III-1-2
|
28772 |
linnen, linnengoed |
lijnen:
linǝ (Q095p Maastricht),
līnǝ (Q095p Maastricht)
|
Weefsel uit vlas- of hennepgaren vervaardigd. Lijnwaad. [N 62, 77; N 59, 201; N 62, 75f; L 1a-m; L 30, 30a; L 30, 30b; L B1, 95; MW; Wi 18 en 55; S 22; monogr.]
II-7
|
19753 |
linnenkast |
lijnwaadskast:
lievenskas (Q095p Maastricht),
līvənskas (Q095p Maastricht, ...
Q095p Maastricht),
Die taofellakes ligke bove in de lievenskas Dee is in de lievenskas van z¯ne peer gewees: die een te grote kraag, een te hoog boordje draagt, een te grote zakdoek heeft enz.
lievenskas (Q095p Maastricht)
|
kast waarin het linnengoed opgeborgen wordt || legkast [N 56 (1973)] || linnenkast [N 56 (1973)]
III-2-1
|
30160 |
lintvoeg |
lintvoeg:
lent˲[voeg] (Q095p Maastricht)
|
Horizontale voeg. Zie ook afb. 41. Zie voor de fonetische documentatie van het woorddeel '-(voeg)' het lemma 'Voeg'. [N 32, 29b; monogr.]
II-9
|
31436 |
lintzaagmachine |
lintzeeg:
lent˲zēx (Q095p Maastricht)
|
Stationaire machine voor het zagen van diverse materialen. Het zaagblad van de lintzaagmachine bestaat uit een stalen band zonder einde dat aan één kant van zaagtanden is voorzien en wordt aangedreven door een elektromotor. Het te zagen materiaal rust op een zaagtafel en wordt tegen het draaiende blad aangedrukt. Met de lintzaag kunnen ook gebogen zaagsnedes worden gemaakt. [N 50, 69; N 53, 16; monogr.]
II-12
|