e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Maastricht

Overzicht

Gevonden: 8094
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
binnensmonds praten knauwelen: WNT: sub knauwen, afl. knauwelen, 2. gedurig, langzaam, kauwen; ook: herkauwen. Fig. voor: zeurderig met iets bezig zijn, telkens er op terugkomen.  knawwele (Maastricht), knoteren: knotere (Maastricht), mommelen: moemele (Maastricht), mompelen: mompələ (Maastricht), moompele (Maastricht), mōōmpələ (Maastricht), preutelen: WNT: preutelen, Frequentativum bij preuten (proten) en, evenals dit woord, van klanknaboortsenden oorsprong. Thans nog vooral in Zuid-Nederlands. Hier te lande is het nauwverwante pruttelen meer in zwang.  preutele (Maastricht), preutələ (Maastricht), prevelen: preevele (Maastricht), prevele (Maastricht), prevelen (Maastricht), prēēvələ (Maastricht), pruttelen: Van Dale: pruttelen, 2. morren, binnensmonds mopperen of tegenspreken; - (duratief) kankeren; -3. binnensmonds spreken of zeggen.  pruttələ (Maastricht) binnensmonds praten [prevelen, pruttelen, murmelen, rullen] [N 87 (1981)] III-3-1
binnenstebuiten achterstevoor: echtərstə vuir (Maastricht), averechts: averechts (Maastricht), binnenstebuiten: binnenste boete (Maastricht), binnenste-boete (Maastricht), binnesteboete (Maastricht), binnənstə boetə (Maastricht), binnəstə bōētə (Maastricht), gekeerd: gəkierd (Maastricht), keren: kiere (Maastricht), krek het omgekeerde: kraek ət omgəki:rdə (Maastricht), links: leengks (Maastricht), links (Maastricht, ... ), linksdrejje (Maastricht), omgedraaid: umgədreijd (Maastricht), van links: van links (Maastricht) binnenste buiten, gezegd van een kledingstuk [krang(s), averechts, auws] [N 86 (1981)] || krang (t binnenste buiten, averechts) [ZND 01 (1922)] III-1-3
binnenstebuitennaaien blindnaaien: blendnɛjǝ (Maastricht) Zo naaien dat de naden, als men het leer keert, aan de binnenkant komen te liggen. [N 36, 45] II-10
binnenvoering lijnen: linǝ (Maastricht), stoom: stōm (Maastricht), trielje: tręl (Maastricht) Voeringstof die steun en vormvastheid geeft aan bepaalde plaatsen en onderdelen van een kledingstuk. Er zijn verschillende soorten binnenvoering. Zo is stoom een gaas dat sterk gepapt is, in katoen of rayon (Meima I, pag. 209). Dit dient voor tussenvoering in vesten en de onderkant van mouwen. [N 59, 36; N 59, 39; N 59, 133] II-7
binnenzak binnentas: binnetes (Maastricht, ... ), binnetès (Maastricht, ... ) binnenzak van een jas [binnetes] [N 23 (1964)] III-1-3
bioscoop cinema: sinəmā (Maastricht, ... ), Karte 240.  cinema (Maastricht), film: Karte 240.  film (Maastricht) (Ich gehe ins) Kino. || Het theater waarin men films vertoont [cimma, cinema]. [N 90 (1982)] III-3-2
biscuit biscuit: beskwi (Maastricht) Eenmaal gebakken, ongeglazuurd aardewerk. [N 49, 94b; monogr.] II-8
bisdom bisdom: bisdom (Maastricht, ... ), diocees (<fr.): diocees (Maastricht, ... ) Een bisdom of diocees. [N 96D (1989)] III-3-3
bisschop bisschop: bisjop (Maastricht, ... ), bisschop (Maastricht) Een bisschop [busschop, biskop, bissjep]. [N 96D (1989)] III-3-3
bit gebit: gebēt (Maastricht) IJzeren mondstuk aan het hoofdstel dat men een paard in de mond, boven de onderkaak legt, en waaraan de teugels bevestigd zijn. De meeste bitten bestaan uit een rechte stang, sommige hebben een beugel in het midden om te voorkomen dat het paard zijn tong op de stang legt. Voor enkele plaatsen (L 270, Q 75, 94, 169, 174 en179) wordt gemeld dat de opgegeven term ook ter aanduiding van het wolfsgebit gebruikt wordt. [JG 1a, 1b, 2b; N 13, 19, 38b, 41; L 35, 45b; monogr.] I-10