e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Maastricht

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
verdiept werk terugliggend: trø̜kleqǝnt (Maastricht) Ten opzichte van de metselstenen dieper liggend voegwerk. [N 32, 34b; monogr; N 32, 29d.] II-9
verdord dood: eigen spellingsysteem  dood (Maastricht), dor: dor (Maastricht), Endepols  dor (Maastricht), WLD  dōr (Maastricht), kapot: Endepols  ke-pot (Maastricht), kepot (Maastricht), WLD  kəpòt (Maastricht), uitgedroogd: oetgedruug (Maastricht), oetgədruug (Maastricht), Endepols  oetgedruug (Maastricht), WBD/WLD  oetchədrŭŭch (Maastricht), ōētgədruuch (Maastricht), WLD  oetgedruugde (Maastricht), verdord: verdort (Maastricht), WBD/WLD  vərdort (Maastricht), verdroogd: Endepols  verdruug (Maastricht) Uitgedroogd, dood, gezegd van planten en plantendelen (dor, verpieterd). [N 82 (1981)] III-4-3
verdoven bedwelmen: bǝdwɛlmǝn (Maastricht), schieten: šētǝn (Maastricht), verdoven: vǝrdǫwvǝ (Maastricht) Het slachtvee verdoven alvorens het de keel door te snijden. Woordtypen als "schieten", "doodslaan", "houwen", "pin indrijven" geven aan hoe het verdoven in zijn werk gaat. [N 28, 6; N 28, 12b; monogr.] II-1
verdriet, droefheid verdriet: verdreet (Maastricht) verdriet III-1-4
verdriet; verdriet doen bedroefd: bədreuf (Maastricht), chagrijn: sjagrijn (Maastricht), sjegrijn (Maastricht), kommer: kummər (Maastricht), leed: leid (Maastricht), lɛj:t (Maastricht), met lengteteken op de è  lèid (Maastricht), leed hebben: leid hubbə (Maastricht), smartelijk: smartelik (Maastricht), spijt: spiet (Maastricht), triestig zijn: tristig zien (Maastricht), verdriet: verdreet (Maastricht, ... ), vərdreet (Maastricht, ... ), verdriet hebben: vərdreet hubbə (Maastricht), verdrietig: verdreetig (Maastricht), zich chagrijneren: zich sjaggernere (Maastricht) een treurige stemming, zieleleed, kwelling van het gemoed, verdriet [trubbel, spijt, pijn, lijden, deer, vliem] [N 85 (1981)] || leed [ZND 01 (1922)] || verdriet III-1-4
verdrogen verzijen: (de koe) vǝrzęi̯t (Maastricht) Minder melk gaan geven wegens drachtigheid. [N 3A, 72a] I-11
verdroogde kalf steenkalf: stęi̯nkawf (Maastricht) Kalf dat na afgestorven te zijn zonder bederf in de baarmoeder blijft zitten. [N 3A, 42] I-11
verduisteren achterhouden: agtərhawwə (Maastricht), achteroverdrukken: achtəreuvərdrökkə (Maastricht), fraude (<fr.) (zn.): fraude (Maastricht), ritsen: retse (Maastricht), tikken: tikken (Maastricht) ontvangen geld stiekem achterhouden [seminariën, taken] [N 90 (1982)] III-3-1
verdwenen de rits op: de rits op (Maastricht), eweg: eweeg (Maastricht), foetsie: foetsjie (Maastricht), verdwenen: vərdwējnə (Maastricht), weg: weg (Maastricht) Weg, verdwenen: niet meer ter plaatse aanwezig (weg, verdwenen, rits, foetsie). [N 84 (1981)] III-1-2
vereniging die de processiepaaltjes plaatst processiecomit (<fr.): prócessie-comité (Maastricht) De vereniging of groep die de dag voor de processie de paaltjes (met de processievaantjes) en de rustaltaren plaatst. [N 96C (1989)] III-3-3