e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Maastricht

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
voetbalspel voetballen: Karte 163.  vut}ballen n. (Maastricht) Fussball(veranstaltung). III-3-2
voetbalwedstrijd wedstrijd: Karte 166.  wedstrijd (Maastricht) (Fussball)spiel. III-3-2
voetbankje voetenbankje: votəbeͅŋkskə (Maastricht), vōtəbɛŋkskə (Maastricht) voetbankje [ZND 02 (1923)] || voetenbank [N 56 (1973)] III-2-1
voetenbankje voetenbankje: t vootebenkske (Maastricht), vootebenkske (Maastricht), vootebenske (Maastricht), vootebēnkske (Maastricht, ... ), vootəbènkske (Maastricht), votebenkske (Maastricht, ... ), vōōtebēnkske (Maastricht) Het bankje om de voeten op te zetten [vootebenkske?]. [N 96A (1989)] III-3-3
voetensponde voet: vōt (Maastricht  [(meervoud: vø̄j)]  ) De, al dan niet verwijderbare, plank aan het hoofeinde van een bed. [N 56, 178c] II-12
voetganger te voet: te voot (Maastricht), voetganger: vootganger (Maastricht), vootgenger (Maastricht, ... ), vootgengər (Maastricht, ... ), vootgēngər (Maastricht), vootgènger (Maastricht), vōōtgengər (Maastricht), wandelaar: wandeleer (Maastricht) een persoon die te voet gaat [voetganger, voetreiziger, voeteerder] [N 90 (1982)] III-3-1
voetgangershek molentje: mølǝkǝ (Maastricht) Een smalle doorgang tussen weien of landerijen. Men kent verschillende vormen zowel van ijzer als van hout gemaakt. Nogal toegepast is een houten of een ijzeren kruis dat kan draaien op een zware paal. Verder komen voor een draaiende haspel of draaimolentje, een hek van latwerk, drie palen in een driehoek geplaatst, twee horizontale balken waar men doorheen moet kruipen, een klapdeurtje of vaste palen die een bocht vormen. De benamingen voor de verschillende vormen wijken zo weinig van elkaar af dat ze in √©√©n lemma zijn ondergebracht. [A 25, 6; A 25, 8; L 19B, 5a; L 19B, 6; S 43; monogr.] I-8
voetgebeden begin van de mis: begin vaan de mès (Maastricht), misvoorbereiding: mèsveurbereijing (Maastricht), voetgebeden: voot-gebede (Maastricht), vootgebeije (Maastricht), vootgebèije (Maastricht), vootgəbeedə (Maastricht) De gebeden aan de voet van het altaar, de voetgebeden. [N 96B (1989)] III-3-3
voetjicht podagra (gr.): podagra (Maastricht), pootje: hət pütšə höbbə (Maastricht), puutsje (Maastricht, ... ), pytšə (Maastricht), t puutsje (Maastricht), ər hēt ət pytšə (Maastricht), vliegende gicht: vlegende gieg (Maastricht) hij heeft voetjicht (pootje, kozijntjes, enz.; Fr. goutte) [ZND 01u (1924)] || voetjicht [ZND 05 (1924)], [ZND m] || Voetjicht: soort jicht die zich openbaart door een hevige pijn in de voet, vooral in het gewricht tussen middenvoetsbeentje en grote teen, podagra (voetje, pootje, kozijntje, voetjicht). [N 84 (1981)] III-1-2
voetkussen kussen: kusse (Maastricht), poef: poef (Maastricht, ... ), voetkussen: vootkusse (Maastricht), vootkösse (Maastricht) Kussen voor de voeten als men zit (voetkussen, poef) [N 79 (1979)] III-2-1